vrijdag 1 juli 2022

Imke de Boer

Past het dier nog op ons bord?
Noordboek 2022, 125 pagina's  € 19,90

Biografie Imke de Boer (1968)

Korte beschrijving
Een actueel boek over de vraag of dierlijk eten tegenwoordig nog op ons bord past. De huidige veehouderij draagt bij aan de klimaatcrisis en het verlies van biodiversiteit. Bovendien is het de vraag of een dieet met dierlijk voedsel gezond voor ons is, en of we dieren überhaupt willen houden en doden voor de productie van voedsel. Hoogleraar Imke de Boer neemt de lezer mee op een persoonlijke reis langs verschillende vragen en biedt de wetenschappelijke basis die nodig is voor het formuleren van antwoorden. Informatief, beschouwend en onderzoekend geschreven. Imke J.M. de Boer (1966) is hoogleraar Dieren en Duurzame Voedselsystemen aan Wageningen Universiteit en heeft het bedrijf De Boer en Voedsel. Als systeemdenker wil zij bijdragen aan een duurzame voedseltoekomst. Voor haar visie daarop ontving ze in 2020, samen met haar team, de prestigieuze Rockefeller Food System Vision Prize.

Tekst op website uitgever
Past het dier nog op ons bord? Deze vraag houdt de Wageningse wetenschapper Imke de Boer al lange tijd bezig. De huidige veehouderij draagt bij aan de klimaatcrisis en het verlies van biodiversiteit. Moeten we daarom allemaal veganist worden? Misschien niet. Het is mogelijk dieren alleen nog te voeren met biomassa die wijzelf toch niet kunnen eten, zoals reststromen en gras. Dan past een beetje dierlijk voedsel wel in een duurzaam dieet. Maar is zo’n dieet nog wel gezond voor ons? En willen we überhaupt nog wel dieren houden en doden voor de productie van ons voedsel? Dit boek neemt je mee op een persoonlijke reis langs al deze vragen, en biedt de wetenschappelijke basis die nodig is voor het formuleren van antwoorden. ‘Imke de Boer durft ons in dit boek haar innerlijke strijd te laten zien die velen van ons moeten herkennen: wat is onze fundamentele houding tegenover dieren?
Een eerlijk en helder geschreven boek met behartenswaardige aanbevelingen, ook over de rol van dierlijk voedsel in een planeetvriendelijk dieet.’ — Jan Terlouw

Imke J.M. de Boer is hoogleraar Dieren & Duurzame Voedselsystemen aan Wageningen Universiteit en heeft het bedrijf De Boer en Voedsel. Als systeemdenker wil zij bijdragen aan een duurzame voedseltoekomst. Voor haar visie daarop ontving ze in 2020, samen met haar team, de prestigieuze Rockefeller Food System Vision Prize.

‘Imke de Boer beschrijft op een professionele en persoonlijke manier hoe de rol van het dier in ons voedselsysteem kraakt in haar voegen. Op heldere en overtuigende wijze laat ze zien dat verandering – hoe moeilijk ook – mogelijk is.’ — Jan Willem Erisman

‘Er ligt een probleem op ons bord, las ik in dit confronterende boek. Nou ben ik me daar al jaren van bewust, maar gelukkig legt Imke de Boer uit hoe we het efficiënt van ons bordje kunnen vegen. Kwestie van carni-minderen. Ik vrees alleen dat ik mezelf er nog regelmatig aan moet herinneren, want het is wennen, wennen, wennen.’ — Harm Edens


Fragment uit 6. Gij zult niet doden of elkaar bezitten

Het gebeurt me de laatste tijd steeds vaker. Terwijl ik rustig mijn ontbijt sta klaar te maken; een bakje volle yoghurt met havermout en lijnzaad, een glas versgeperst sinaasappelsap en in het weekend een vers eitje, krijg ik een ongemakkelijk gevoel. Mijn geweten knaagt aan mij. Ik weet dat ik door het eten van zuivel, kaas en eieren, medeverantwoordelijk ben voor het oden van dieren. Eerder vertelde ik al dat de productie van melk onlosmakelijk verbonden is met het doden van koeien en kalveren. De van het melkveebedrijf afgevoerde kalveren worden gedood als ze ruim een half of net gene jaar oud zijn. De bokjes van melkgeiten leven soms maar een week. het heeft economisch geen zin om er bokkenvlees van te maken. Wanneer ik op zondag mijn eitje tik, ben ik medeverantwoordelijk voor het doden van eendagskuikens, ondanks dat mijn ei biologisch is. Alleen al in Nederland worden jaarlijks 45 miljoen eendagskuikens gedood. Kleine, donzige gele kuikentjes, die net uit het ei zijn gekropen, worden eerst gesekst (betekent hier dat het geslacht wordt vastgesteld) waarna enkel de haantjes worden vergast. In sommige landen gaan ze nog levend in de versnipperaar (het versnipperen van kuikens is overigens niet per se slechter voor het dierenwelzijn dan het vergassen). 
Het zijn de broertjes van onze leghennen. In Nederland worden deze dode kuikens vrijwel allemaal gebruikt als diervoeding, voor onze dierentuindieren, ooievaarskolonies, slangen of zelfs katten. Maar waarom worden deze haantjes eigenlijk gedood? Haantjes leggen natuurlijk geen eieren maar je kunt ze toch houden voor de vleesproductie? Vroeger deden we dat toch ook? Dat klopt. In veel ontwikkelingslanden gebeurt dit nog steeds, ze houden daar nog zogenaamde dubbeldoelkippen, dit zijn kippen die geschikt zijn voor de productie van zowel eieren als vlees. Een weg die je misschien toch niet meteen moet verlaten, denk ik vaak. Ik wijs jonge studenten uit Afrika of Azië, die veelal naar Wageningen komen om van ons te leren, heel vaak op de krachten van hun eigen voedselsysteem. Die zijn er in mijn ogen volop, wij hebben in het westen zeker niet alle wijsheid in pacht.
  Veel leghennen in de wereld, ook die in Nederland, zijn tegenwoordig echter zo gefokt dat ze vooral geschikt zijn voor het leggen van veel eieren met weinig voer. Ze zijn veel minder geschikt voor de vleesproductie, ook hun broertjes dus niet. Voor de productie van kipfilet, kippendijen en kippenpootjes worden andere dieren gefokt, namelijk vleeskuikens (vleeskuikens heten zo omdat ze slechts enkele weken oud worden, meestal 6 weken, soms ook 8 of 9 weken). Deze vleeskuikens groeien veel harder dan de broertjes van de leghennen. Veel mensen weten dit niet. Ik kan me nog goed herinneren dat de moeder van een vriendinnetje van een van mijn dochters echt nog dacht dat als je kip at, je een haantje at. In onze jeugd zag je namelijk nog wel eens een uithangbord langs de weg: 'halve haantjes te koop'.  De broertjes van de leghennen werden in die tijd nog wel gemest, ze waren daar toen beter geschikt voor. In Nederland zijn er maar enkele bedrijven die vlees produceren van eendagshaantjes zoals Kipster of het biologische pluimveebrdrijf De Lankerhof. Deze bedrijven vinden het niet acceptabel om eendagskuikens te doden ook al weten ze dat deze kuikens minder geschikt zijn voor de vleesproductie. Een goede ontwikkeling, vind ik zelf, maar de vraag blijft natuurlijk wel wat een haantje ermee opschiet om niet één dag maar enkele weken te blijven leven voordat het wordt gedood. (pagina 87-89)

Artikel: Imke de Boer: 'We moeten leren eten wat de aarde schaft' (Nieuwe oogst, maart 2022)

Boeken over onze nieuwe omgang met niet-dieren en dingen

Terug naar Overzicht alle titels

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen