Zo win je een propagandaoorlog : de propagandist die Hitler te slim af wasSpectrum 2024, 359 pagina's
- € 24,99Oorspronkelijke titel: How to win an information war (2024)
Wikipedia: Peter Pomerantsev (1977)
Korte beschrijving
Een verdiepend boek over nazipropaganda, ‘Der Chef’ en hedendaagse autoritaire propaganda. In dit boek vertelt Peter Pomerantsev over Thomas Sefton Delmer, een Britse propagandist die tijdens de Tweede Wereldoorlog de strijd aanging met de Duitse oorlogsmacht. Hij creëerde een karakter, Der Chef, en bereikte Duitse militairen en burgers via een radioprogramma waarin hij speeches gaf. Maar wanneer tijdens Pomerantsevs onderzoek de oorlog in Oekraïne losbarst, wordt hij zelf opgeroepen om autoritaire propaganda te bestrijden. In dit boek verweeft hij zijn persoonlijke verhaal met dat van Delmer en het huidige conflict tussen Oekraïne en Rusland. Hij stelt scherpe vragen over de aard en de strategieën van propagandaoorlogen en laat zien hoe het tij van een informatieoorlog gekeerd kan worden. In vloeiende, verhalende stijl geschreven. Geschikt voor een brede tot geoefende lezersgroep. Peter Pomerantsev is een Britse auteur. Hij schreef ‘Niets is waar en alles is mogelijk’*, dat in 2016 de RSL Ondaatje Prijs won, en 'Dit is geen propaganda’, dat in 2020 de Gordon Burn Prize won.
Tekst op website uitgever
De Tweede Wereldoorlog werd niet alleen op het slagveld, maar ook in de media uitgevochten. Beide fronten zetten propaganda in om de opvattingen van burgers te beïnvloeden. Op dit strijdtoneel ging de Britse propagandist Thomas Sefton Delmer het gevecht aan met de Duitse oorlogsmacht.
Door een fictioneel karakter, Der Chef, te creëren, kon Sefton Delmer de Duitse militairen en burgers bereiken tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij had een radioprogramma en hield speeches die in de Duitse straten en in huizen te horen waren.
Journalist en onderzoeker Peter Pomerantsev kwam deze bijzondere figuur op het spoor en ziet een duidelijke parallel met de oorlog tussen Rusland en Oekraïne. Hitler en Poetin gebruiken beiden de leugen om hun doel te bereiken. Pomerantsev confronteert ons met scherpe vragen over het bestaan van informatieoorlogen: wat als je niet tegen de leugen kunt vechten? En kan een propagandaoorlog wel gewonnen worden?
Peter Pomerantsev is journalist en onderzoeker aan de Johns Hopkins University. Hij is de auteur van Niets is waar en alles is mogelijk, dat in 2016 de Royal Society of Literature Ondaatje Prize won, en van Dit is geen propaganda.
Fragment uit hoofdstuk 11. Zo win je een propagandaoorlog
Delmer zag in dat mensen bevrediging halen uit propaganda. En vaak geldt: hoe smeriger, hoe effectiever. De schofterigste leiders krijgen volgelingen door een manier aan te bieden waardoor je je via hen machtig voelt en doordat zij anderen vernederen. Der Chef maakte op dezelfde manier gebruik van de rancune en de ontaarding van de Duitsers, hij doorbrak het monopolie van de nazi's met het uiten van hun sterkste, geheimste emoties. Hij gebruikte dezelfde taal van haat, superioriteit en sadisme die de nazi's gebruikten. Maar dan keerde hij de propaganda tegen hen. Hij legde het vitriool er zo dik op dat de paranoia ervan begon over te stromen en er zoveel viezigheid loskwam dat die over de oevers klotste, waardoor ze 'naar het belachelijke' begon te reiken.
Door te laten zien hoe eenvoudig het was de propaganda van de nazi's zelf tegen hen te keren en haar verdraaiingen uit te vergroten, herinnerde Delmer de Duitsers eraan hoe namaak die nazipropaganda was, en dit ondermijnde de fundamenten van hun macht. Delmer zag hoe propaganda mensen een gevoel gaf van identiteit in een verwarrende en instabiele wereld. De nazi's wilden dat jij de smerige rollen die zij aanboden, zou vervullen: als SS'ers, ariërs, Volksgenossen en meer. Door er constant een schijnwerper op te richten om te laten zien dat die rollen slechts toneelrollen waren, toonde Delmer je dat je ervoor kon kiezen ze niet te spelen, of dat je ze kon veranderen.
Delmer heette je altijd welkom in zijn spelletjes waarin je de controle terug kon nemen en jezelf definiëren. De Sender betrok je bij een maskerade waarvan je wist dat de Britten erachter zaten, en de Britten wisten dat jij het iets, maar iedereen hield zich aan het rollenspel omdat daardoor bepaalde gecensureerde waarheden aan het licht kwamen. Je zou niet langer passief zijn en je overgeven aan de kracht van de propaganda, een onderdeeltje in een massale, gecoördineerde show; in plaats daarvan had je weer macht.
Delmer richtte zich constant op het in staat stellen van mensen om iets te ondernemen wat goed was voor hen en slecht voor de nazi's. Het oproepen tot een run op kleren en rantsoenen, of je een handleiding geven over hoe je een ziekte moest faken om van het front naar huis te worden gestuurd, was niet alleen belangrijk voor hun directe impact op de Duitse oorlogsinspanning, maar brak ook de gewoonte om zich meer neer te leggen bij de nazidictatuur.
Door deze vier processen - het in het leven roepen van mediagemeenschappen die sterker zijn dan die van de propagandisten; het breken van het monopolie van de propagandisten op het uiten van de donkerste gevoelens; het mensen bewust maken van hoe de sociale rollen van de nazi's een demonisch cabaret waren waaraan je niet mee hoefde te doen; en mensen stimuleren zich onafhankelijker te gedragen - schiep Delmer afstand tussen het Duitse volk en de nazipropaganda. En toen die afstand er eenmaal was kon hij beginnen op heel andere wijze met het Duitse volk te communiceren.
Delmers doel was echter nooit om de van haat vervulde politieke cultus te vervangen door een andere. het was niet de bedoeling dat de luisteraar Der Chef net zo zou gaan vereren als Hitler en met een of andere gehypnotiseerde menigte zou veranderen. Delmer geloofde altijd dat mensen nooit helemaal overweldigd zouden worden door propaganda. Volgens hem zat er altijd iemand in ons allemaal - gestoeld op realiteit - die klaarstond om zich los te maken van de propagandisten als er voldoende reden was om dat te doen. Het is onze taak die reden te vinden. En dit proces kan beginnen met het meest fundamentele eigenbelang en overleven.
Een groot deel van de hedendaagse propaganda is ontworpen om je overweldigd te laten voelen door de hoeveelheid verwarrende kennis die er is en het verschil tussen leugens en waarheid ondergraaft, terwijl deze verwarring ook voor opluchting zorgt als je je vertrouwen stelt in een leider die de wereld verkleint tot enorme samenzweringen. Daardoor komt dat factchecks zelden werken als ze een politieke identiteit rechtstreeks uitdagen. Wat we moeten doen is mensen de motivatie verschaffen om weer te geven om de waarheid.
Delmer had alleen maar radio en drukwerk om mee te spelen. Wij hebben zoveel meer om mensen te betrekken: algemene online bijeenkomsten, en sociale mediakanalen, interactieve websites, streamingplatforms, messengers, pop-upadvertenties die je online op een spoor zetten, en de kans om films, toneel, lezingen en audio uit te zenden naar de meeste gesloten gemeenschappen. We beschikken over veel meer manieren dan Delmer om ons publiek, hun motieven en hun reacties te analyseren. Dictators en autoritaire propagandisten gebruiken deze hulmiddelen voortdurend - en wij zouden daarmee de concurrentiestrijd moeten aangaan. Wat we echter niet altijd hebben is Delmers slimheid, zijn vermogen af te dalen naar de oorsprong van de propagandamacht om die dan naar eigen hand te zetten. (pagina 298-300)
Lees ook: Dit is geen propaganda : de oorlog tegen de waarheid (2019)