woensdag 21 december 2022

Dirk De Wachter 5

Vertroostingen : gewone woorden van Dirk De Wachter
Lannoo Campus 2022, 155 pagina's € 24,99

Wikipedia: Dirk De Wachter (1960)

Korte beschrijving
Persoonlijke beschouwing van de Belgische psychiater Dirk De Wachter over het vinden van troost in moeilijke tijden, mede aan de hand van zijn eigen confrontatie met een levensbedreigende ziekte. Als dokter is De Wachter opgeleid om mensen in moeilijke situaties bij te staan, ze te gidsen en een helpende hand te bieden. Maar als het noodlot bij hemzelf toeslaat, verandert het perspectief. Waar kan hij zelf terecht nu hij in (geestelijke) nood verkeert? De Wachter neemt de lezer mee door zijn persoonlijke ontdekkingstocht en vertelt hoe we troost kunnen vinden in kunst, natuur, schoonheid, gedachten en rituelen, maar vooral: in de ander. ‘Vertroostingen’ is in heldere, zachtaardige en persoonlijke stijl geschreven. Voor een brede tot geoefende lezersgroep. Dirk De Wachter (1960) is een bekende Belgische psychiater-psychotherapeut en auteur. Hij schreef enkele succesvolle boeken, waaronder ‘Borderline Times’, en zijn werk werd in meerdere landen uitgegeven..

Tekst op website uitgever
Unieke blik op een universeel thema

'Wat ik zelf heb meegemaakt,
doet me nadenken over de vraag:
als een mens in de miserie zit, wat helpt dan?
Wat doen we wanneer het noodlot ons treft?
Waar vinden we troost?
Het antwoord kun je in enkele woorden samenvatten:
in de aanwezigheid van de ander.
Dat is de basis.'

Als dokter ben je opgeleid om mensen in moeilijke situaties bij te staan, ze te gidsen en een helpende hand te bieden.

Maar wat doen we wanneer het noodlot bij ons zelf toeslaat? Hoe vind je troost in moeilijke situaties? En waar kunnen we terecht?

In dit persoonlijke boek onderzoekt Dirk De Wachter hoe we in de moeilijkste momenten troost kunnen vinden. Die zit in kunst, in natuur, in schoonheid, in gedachten en rituelen, maar vooral: in de ander.


Fragment uit 11. Troost van Bach en Cohen

Leonard Cohen. Ik sprak het op zijn Frans uit. Van die man had ik nog nooit gehoord. In het kleine dorp waar ik woonde was de popmuziek van die jaren populair: Abba, Middle of the Road, Mud, The Sweet, die groepen. Ik schreef Leonard Cohens naam op een papiertje om het zeker niet te vergeten en sprak er enkele dagen later een vriend van me over aan. We zaten samen in de jeugdbeweging, we waren vijftien, we hadden geen geld voor platen, maar hij had gelukkig twee oudere broers die wel platen hadden. Jan wist dat zijn broer er een had van die Leonard Cohen. The best of Leonard Cohen, een album uit 1975, tot vandaag het meest fantastische dat de popmuziek ooit heeft voortgebracht. Ik kende Bob Dylan al, die vond ik ook geweldig en ik ben een van de mensen die vindt dat hij de Nobelprijs voor Literatuur terecht kreeg. Maar Cohen is onovertroffen.

Zijn eerste drie platen vond ik fantastisch en twee jaar later kwam hij in de Elizabethzaal spelen. Zijn plaat Death of a Ladies' Man was pas uit, helaas vond ik dat een slechte plaat en het concert was maar gewoontjes. Maar hij bleef in leven, en vandaag mystificeer ik Cohen allicht een beetje. Daar is hij een dankbare figuur voor, zeker door die jaren dat hij in een klooster doorbracht. Ik denk niet dat ik daarna één concert van Cohen in België gemist heb. De laatste keer, toen hij op het Sint-Pietersplein in Gent kwam spelen, was ik erbij met mijn zoon. Hij was toen al een oude man, maar zijn kindness trof me.

Cohen is een typische soixante-huitard die ongetwijfeld heel veel vrouwen pijn gedaan heeft, maar hij is ermee weggekomen. En zijn stem en zijn gitaar waren voor, toen ik vijftien was, altijd bij mij. Ik kocht zijn platen, ik kocht de partituren van zijn liedjes, ik kocht een gitaar en op mijn kamer speelde en zong ik Cohen. Eenzaam, zoals ik mij toen voelde, maar in die eenzaamheid getroost. Queen Victoria, een nummer dat hij alleen met een cassetterecorder opnam in een hotelkamer, vind ik het allersterkst. Wat me daarin raakt en troost? Alles. Zij stem, zijn gitaar, de teksten, het bijbelse, het poëtische, die achtergrondkoren. Twenty-seven Angels from the Great Beyond, zelfs als ik het neerschrijf, voel ik hoe verheven dat is.

Dankzij Cohen leerde ik Nick Cave kennen, die in 1984 Avalanche van Cohen coverde.



Andere boeken van Dirk De Wachter
Borderline times : het einde van de normaliteit (2012), 
Liefde : een onmogelijk verlangen? (2014), 
De wereld van De Wachter (2016) en 
De kunst van het ongelukkig zijn (2019)

Terug naar Overzicht alle titels

Baptiste Morizot

Het levende laten opvlammen een collectief front
Octavo 2022, 221 pagina's  €24,50

Oorspronkelijke titel: Raviver les braises du vivant : un front commun (2020)

Wikipedia: Baptiste Morizot (1983)

Korte beschrijving
Een filosofische verhandeling over ecologie en de mens. Hoe kunnen we ontsnappen aan de tweedeling mens-natuur? Wat betekent natuurbescherming als we beseffen dat de idee van bescherming voortkomt uit paternalisme? In een vurig betoog voert Baptiste Morizot aan dat wij allen deel zijn van een weefsel van 'het levende': een weefsel dat groter is dan wijzelf en dat we niet kunnen beschermen, maar waar we wel de omstandigheden voor autonoom herstel voor kunnen creëren. Ecologische niches met op de situatie toegespitste oplossingen vormen de gloeiende kooltjes die de leefomgeving haar levenskracht kunnen teruggeven. ‘Het levende laten opvlammen’ is intellectueel en met diepgang geschreven. Enkel geschikt voor een geoefende lezersgroep met kennis van het vakgebied.Baptiste Morizot (1983) is een Franse filosoof. Hij is verbonden aan de universiteit van Aix-Marseille. In zijn onderzoek en publicaties staat de relatie tussen de mens en andere levende wezens centraal.Dit is het eerste deel van de serie 'Wisselwerkingen'.

Tekst op website uitgever
Hoe kunnen we ontsnappen aan de tweedeling mens-natuur? Wat betekent natuurbescherming als we de natuur niet langer opvatten als de omgeving die ons omringt, en beseffen dat beschermen voortkomt uit paternalisme? In een vurig betoog voert Baptiste Morizot ons naar zijn antwoord. Wij zijn deel van een weefsel van ‘het levende’: mensen en andere levende wezens, zoals bomen, planten en micro-organismen, die onderling samenhangen. Iets wat groter is dan wijzelf kunnen we niet beschermen. Wel kunnen we de omstandigheden creëren voor autonoom herstel. Morizot hanteert de metafoor van het vuur: de biosfeer is in gevaar, maar staat niet in brand. Ecologische niches met op de situatie toegespitste oplossingen vormen de gloeiende kooltjes die de leefomgeving haar levenskracht kunnen teruggeven. Met concrete voorbeelden laat Morizot het levende opvlammen.

Baptiste Morizot (1983) is een Franse filosoof. Hij is verbonden aan de universiteit van Aix-Marseille. In zijn onderzoek en publicaties staat de relatie tussen de mens en andere levende wezens centraal.

Fragment uit De anatomie van een hefboom: een praktijkvoorbeeld. haarden van vrije evolutie
Geconfronteerd met de klimaatverandering

Haarden van vrije evolutie zijn niet afgesloten, niet verwaarloosd, niet star. het zijn geen dode gebieden die zijn onttrokken aan de voorraad gemeenschappelijk grondgebied, die verkommeren en 'niet werken': het zijn glinsterende levende kernen die elk voorjaar bruisen. Het zijn gebieden die niet 'aan het werk zijn gezet', maar 'het' werkt, 'het' is heel actief: variatie, schepping, rijping van vormen, van weefsels; kolossale productie van biomassa door CO2-opslag, waterzuivering en stabiliteit van het klimaat... Het maakt elke dag dingen die wij mensen niet kunnen maken, en middels dezelfde processen waardoor wij zijn gemaakt.
  In de context van de heftige klimaatveranderingen die eraan komen, zijn de plaatsen in vrije evolutie een les in kennis van de natuur: ze leren ons waartoe een leefomgeving in al haar functionaliteiten in staat is. Niemand weet werkelijk wat een bos kan doen. Bovendien is het ook voor het bos volkomen onzeker welke uitwerking een opwarming van twee graden op onze ecosystemen zal hebben.
  Vrije evolutie is derhalve een strategische beslissing in het licht van de opwarming van de aarde: leefomgevingen zullen hoe dan ook het hoofd moeten bieden aan zulke kolossale veranderingen dat het praktisch ondenkbaar wordt om de evolutie van die omgevingen te beheren, managen of controleren. En leefomgevingen die niet aan het infuus liggen, die geen continu beheer nodig hebben voor hun voorbestaan, reageren adequater op deze metamorfosen: ze zijn gezond in de betekenis die Canguilhem daaraan gaf, ze verwerken veranderingen beter, ze zijn veerkrachtiger.
  Tegenover de onzekerheid is het in feite redelijk om te denken - en dit is een gedeelde overtuiging in de conservatiebiologie - dat hoe meer een leefomgeving is verschraald en verarmd en weinig soorten telt, des te kwetsbaarder die zal zijn. En dat naarmate een leefomgeving diverser, gestructureerder en rijker is aan vrije en krachtige functionaliteiten, anders gezegd naarmate de spontane ecologische dynamiek ervan onaangetast blijft, zo'n omgeving veerkrachtiger en robuuster zal zijn. (pagina 34-35)

Lees bijvoorbeeld ook: Waar kunnen we landen? : politieke oriëntatie in het nieuwe klimaatregime van Bruno Latour (uit 2018) 

Boeken over onze nieuwe omgang met niet-dieren en dingen

Terug naar Overzicht alle titels


Marjan Slob 3

Door de bomen het huis : bouwen met hout
Uitgeverij Pluim 2022, 137 pagina's - € 17,99
Reeks: Vitale ideeën voor de wereld van morgen

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Website Marjan Slob (1964)

Korte beschrijving
Een essayistisch boek over houtbouw. Technisch en ecologisch gezien is grootschalige houtbouw mogelijk en als je voor elke gevelde boom een nieuwe boom plant kan de CO2-teller zelfs teruglopen. Toch is niet iedereen enthousiast over bouwen met hout. Sommige mensen willen bomen niet als bouwmateriaal zien. Zij houden van de boom als majestueus wezen, als essentieel element in het landschap of van het bos als ecologische eenheid. Marjan Slob gelooft in houtbouw maar wil ruimte bieden aan deze verschillende waarderingen. Ze verkent de perspectieven en onderzoekt hoe bouwen met hout kan uitgroeien tot een verbindend ideaal. In heldere, prettig leesbare stijl geschreven. Marjan Slob (1964) is een essayist en filosoof.

Tekst op website uitgever
Houtbouw is een idee om heel vrolijk van te worden. Technisch en ecologisch gezien is grootschalige houtbouw mogelijk en als je voor elke gevelde boom een nieuwe boom plant kan de CO2-teller zelfs teruglopen. Toch is niet iedereen enthousiast over bouwen met hout. Sommige mensen willen bomen niet als bouwmateriaal zien. Zij houden van de boom als majestueus en wijs wezen, als essentieel element in het landschap of van het bos als ecologische eenheid. Marjan Slob gelooft in houtbouw, maar wil niet voorbijdenderen aan die verschillende waarderingen. In 'Door de bomen het huis' verkent ze de perspectieven en onderzoekt ze hoe bouwen met hout kan uitgroeien tot een verbindend ideaal.

Fragment uit Een bevrijdend idee
Het basisidee van houtbouw is stralend in zijn eenvoud. Wereldwijd wordt waanzinnig veel gebouwd. Bij de productie van traditionele bouwmaterialen (beton, cement, steenwol, staal) komt veel van het broeikasgas CO2 vrij; betonbouw is verantwoordelijk voor ruim 8 procent van de jaarlijkse wereldwijde CO2-uitstoot. Daarmee is de bouwsector een van de grootste veroorzakers van klimaatopwarming. We zouden kunnen stoppen met het bouwen, maar dat is niet bepaald de trend; de steden in India, China en Afrika groeien juist in een bizar tempo. En al is de schaal anders, ook de Nederlandse regering wil in een al dichtbebouwd land vóór 2030 zo'n één miljoen huizen bouwen om een pijnlijke nationale wooncrisis te bezweren. Ondertussen hebben we als land ook beloofd om onze CO2-uitstoot drastisch te verminderen. Die twee ambities gaan simpelweg niet samen. Wat te doen?
  Deze situatieschets is grof en over de precieze cijfers en berekeningen valt te steggelen (en wordt gesteggeld). Maar het patroon is onmiskenbaar: het woonprobleem oplossen door te bouwen betekent het klimaatprobleem vergroten. Slagen hier, is falen daar. Tenzij je overgaat tot het zogenoemde 'biobased bouwen'. Dat wil zeggen, tenzij je gaat bouwen met plantaardige materialen die vanzelf (en behoorlijk snel) weer aangroeien. In onze contreien kun je daarbij denken aan vlas, leem, hennep en lisdodde. Dergelijke 'biocomposieten' zijn echter vooral geschikt als duurzame manier om gebouwen af te werken; het is technisch nog lastig om ze in dragende constructies te verwerken. De vervanging van staal en beton zal voorlopig moeten komen van bomen, en daarom stel ik hier scherp op bomen en zal ik vanaf nu praten over houtbouw.
  Het mooie van bomen is dat ze CO2 uit de atmosfeer halen en vastleggen in hun cellen, waaruit het pas weer ontsnapt als de boom vermolmt. Een boom die je vóór die tijd kapt en verzaagt tot planken die je gebruikt om een huis te bouwen, blijft de opgeslagen koolstof echter bergen. Zolang je maar een nieuwe boom laat groeien voor elke boom die je velt - dat is wel de harde voorwaarde - leg je dus CO2 vast in hout én zorg je dat bomen CO2 aan de atmosfeer blijven onttrekken. Ergo: bouw met hout en je kunt het woningsprobleem oplossen terwijl de CO2-uitstootteller terugloopt!  (pagina 11-12)

Lees ook: Hersenbeest : filosoferen over het brein en de menselijke geest : essay (uit 2016) en De lege hemel : over eenzaamheid (uit 2020).

Artikel: Quote van het jaar – Wees deel van de oplossing. (oktober 2019)

Terug naar Overzicht alle titels

Paul ter Heyne

Genoeg van reclame : over de ondermijnende invloed van marketing en reclame en wat we eraan kunnen doen
Haystack 2022, 336 pagina's  - € 25,--

Blog van Paul ter Heyne (19?)

Korte beschrijving
Een betoog voor het verminderen van de invloed van reclame. Het boek schetst een confronterend beeld van de invloed van reclame op ons leven. Het laat zien hoe bedrijven miljarden uitgeven om alles te weten te komen over onze identiteit, verlangens en behoeften en hoe ze deze proberen te beïnvloeden.Aan de hand van nuchtere feiten en anekdotes beschrijft Paul ter Heyne waarom het tijd is dat reclame aan banden wordt gelegd. Niet alleen vanwege de schade aan cultuur en gezondheid, maar ook vanwege het aansporen van consumptie in een tijd dat verspilling beperkt moet worden. Aanjagend en toegankelijk geschreven. Met illustraties en foto’s in zwart-wit.Paul ter Heyne studeerde economische wetenschappen en filosofie en begon zijn carrière in de reclame.

Tekst op website uitgever
We worden overstelpt met reclame van ondernemingen die niet alleen op ons geld uit zijn, maar ook op onze intiemste voorkeuren. Dat moet stoppen, genoeg is genoeg.

We worden overstelpt met reclame van ondernemingen die niet alleen op ons geld uit zijn, maar ook op onze intiemste voorkeuren. Dat moet stoppen, genoeg is genoeg. Dit boek geeft een confronterend beeld van de invloed van reclame op ons leven. Nog nooit deed een auteur zo'n uitgebreid onderzoek naar alles wat er mis is in de reclamewereld. Lees hoe bedrijven miljarden uitgeven om met behulp van technologische en psychologische trucs alles te weten te komen over onze identiteit, onze verlangens, behoeften en voorkeuren, en hoe ze deze schaamteloos proberen te beïnvloeden. Aan de hand van nuchtere feiten en anekdotes, met humor en gedrevenheid beschrijft Paul ter Heyne waarom het hoog tijd is dat reclame aan banden wordt gelegd. Want marketing en reclame zijn niet alleen irritant en schadelijk voor onze cultuur en gezondheid, ze jagen bovendien onze consumptie op in een tijd waarin we verspilling en klimaatschade moeten beperken. 'Wie dit leest, zal voorgoed met andere ogen naar reclame kijken.' Paul ter Heyne studeerde economische wetenschappen en filosofie en begon zijn carrière in de reclame. Tot hij op een dag besloot dat hij het spel niet meer wilde meespelen. Sindsdien verzet hij zich als publicist tegen de ongebreidelde invloed van reclame op ons leven.

Fragment uit

Terug naar Overzicht alle titels