maandag 16 augustus 2021

Vaclav Smil 2


Zo zit de wereld in elkaar : wat de wetenschap ons leert over het verleden, het heden en de toekomst
Nieuw Amsterdam 2022, 415 pagina's - € 29,99

Oorspronkelijke titel: Grand Transitions: How the Modern World Was Made (2021)

Wikipedia: Vaclav Smil (1943)

Korte beschrijving
‘Zo zit de wereld in elkaar’ is een verhandeling over de gevolgen van klimaatverandering en welke processen deze veroorzaken. Vaclav Smil gaat onder andere in op energie- en voedselproductie, en welke uitdagingen gepaard gaan met het klimaatvriendelijk maken hiervan. De centrale vraag hierbij is of klimaatverandering niet meer te stoppen is, of dat er toch een mooie toekomst in het verschiet ligt voor de wereld. Informatief geschreven, met economische en sociologische diepgang. Het boek zal vooral geoefende lezers aanspreken.Vaclav Smil (Pilsen, 1943) is een wereldberoemde Canadees-Tsjechoslowaakse econoom, geograaf en academisch docent. Zijn werk werd in meer dan vijftien landen uitgegeven.

Tekst op website uitgever
Door de gevolgen van klimaatverandering wordt er harder dan ooit geroepen om snelle veranderingen in onze levenswijzen en productiemethoden. Maar hoe realistisch zijn de claims dat zulke veranderingen haalbaar zijn? Vaclav Smil verdiept zich in zeven fundamentele onderwerpen die ons voortbestaan en onze welvaart bepalen. Zijn mantra: voordat je problemen effectief kunt aanpakken, moet je eerst de feiten kennen. Van energie en voedselproductie tot en met globalisering en risicomanagement: Zo zit de wereld in elkaar biedt de broodnodige realitycheck.

Op basis van de nieuwste wetenschappelijke inzichten beantwoordt Smil de meest cruciale vraag van onze tijd: zijn we onherroepelijk gedoemd of ligt er een mooiere toekomst in het verschiet?

Wie door Smils kwantitatieve lens naar de wereld kijkt, komt tot nieuwe inzichten waardoor de blik op ons verleden, heden en onze toekomst blijvend verandert.

Fragment uit 7. De toekomst: Tussen Apocalyps en singulariteit
Niemand had in 1945 een wereld kunnen voorspellen met meer dan 5 miljard mensen erbij, die ook nog eens beter eten dan ooit daarvoor, zelfs al wordt een onverdedigbaar groot deel van al het geproduceerde voedsel weggegooid. Evenmin kon iemand een wereld voorzien waarin meerdere besmettelijke ziekten (polio, bijna overal en tuberculose in de welvarende landen) een voetnoot in de geschiedenisboeken zijn geworden, maar waar de inkomenskloof zelfs in de rijkste landen toe blijft nemen, een wereld die tegelijkertijd veel schoner en gezonder is geworden, maar op andere manieren ook zwaarder is vervuild (van plastic in de oceaan tot zware metalen in de bodem) en die door de voortdurende aantasting van de biosfeer ook kwetsbaarder is geworden; een wereld die wordt overspoeld met direct beschikbare en kosteloze informatie, ten koste van massaal verspreide desinformatie, leugens en laster.

Een mensenleven later is er geen reden om aan te nemen dat we nu in een betere positie zijn om de impact van technische innovaties te voorzien (tenzij je natuurlijk gelooft in de komst van de singulariteit), van gebeurtenissen (of de treurige afwezigheid daarvan) die het lot van onze beschaving in de komende 75 jaar zullen bepalen. Buiten recente zorgen over de gevolgen van de opwarming van de aarde en de noodzaak van een snelle decarbonisatie, zijn weinig onzekere factoren zo belangrijk voor onze toekomst als de weg die de wereldbevolking tijdens de rest van de 21e eeuw zal bewandelen.

Externe prognoses geven sterk uiteenlopende toekomstbeelden: zal de wereldbevolking in 2100 de grens van 15 miljard zijn gepasseerd (bijna twee keer zoveel als 2020), of daalt die naar 4,8 miljard, waarmee ruim de helft van het huidige totaal verdwijnt en China krimpt met 48 procent? Zoals te verwachten is lopen de meer gematigde prognoses niet veel uiteen (8,8 en 10,9 miljard). Maar een verschil van 2 miljard mensen is nog altijd een behoorlijke kloof, en deze vergelijkende cijfers laten zien dat zelfs simpele voorspellingen van de demografische ontwikkeling per generatie kunnen verschillen. Maar het is overduidelijk dat zelfs bij voorspellingen die zich beperken tot de levensverwachting in welvarende landen, de extreme waarden heel verschillende economische, sociale en ecologische resultaten geven. En aangezien de eerste en tweede versie van dit boek geschreven zijn tijdens de eerste en tweede golf van COVID-19, is het realistisch om je af te vragen of de nieuwe pandemieën waarmee we in het vervolg van de 21e eeuw zullen worden geconfronteerd (gezien hun frequentie sinds 1900, met epidemieën in 1918, 1957, 1968, 2009 en 2020, kunnen we vóór het jaar 2100 nog minstens twee uitbraken verwachten) ongeveer hetzelfde zullen zijn, veel zwakker of veel besmettelijker dan de variant van 2020. Dat we met deze essentiële onzekerheid moeten leven is onderdeel van het menselijk bestaan en van ons onvermogen om met vooruitziende blik te kunnen handelen. (pagina 308-310)

Lees ook: Cijfers liegen niet : 71 dingen die je over de wereld moet weten (uit 2021).

Terug naar Overzicht alle titels

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen