EPO 2023, 580 pagina's - € 34,90
Wikipedia: Paul Goossens (1943)
Korte beschrijving
Tekst op website uitgever
Goossens onderzoekt de permanente botsing en de onmogelijke pacificatie tussen voorstanders van een meer egalitaire samenleving en elites die hun privileges willen behouden.
Hoe kan het dat een handvol mensen meer bezit dan de helft van de wereldbevolking en waarom wordt die obscene concentratie van rijkdom niet weggehoond? Vragen die ertoe doen. Zeker in tijden van grote en kleine cultuuroorlogjes rond de roerselen van de nationale identiteit is kritisch onderzoek naar de pijlers van de ongelijkheid een must. Extreme ongelijkheid gaat immers over meer dan waanzinnige bankrekeningen. Het is een machine die haar territorium voortdurend uitbreidt, samenlevingen omwoelt, de verzorgingsstaat ontrafelt en uiteindelijk ook de democratie uitholt. In 'De ongelijkheidsmachine' onderzoekt Paul Goossens de permanente botsing en de onmogelijke pacificatie tussen voorstanders van een meer egalitaire samenleving en elites die hun privileges willen behouden. Europa stond daarbij steevast aan de zijde van de 1%, zo ook zijn religieuze leiders en vele van zijn gelauwerde denkers. Vandaag komt het erop aan de code van de financiële industrie te kraken, dan pas kan de ongelijkheidsmachine gestopt worden. ‘Het is kiezen’, aldus Goossens, ‘tussen de koopkracht van de bevolking of de privileges van de nieuwe feodale heersers, de geldaristocratie.’ Zoveel is zeker, de bankiers zullen 'De ongelijkheidsmachine' niet op gejuich onthalen. Met illustraties van GAL Paul Goossens, een gediplomeerd econoom, is stichtend hoofdredacteur van 'De Morgen'. In het begin van de jaren 1990, na zijn vertrek, verlegde hij zijn focus naar de Europese Unie. Eerst bij 'Knack', dan bij het persagentschap Belga. Sinds 2009 is Goossens columnist van 'De Standaard'.
Fragment uit (de) Ouverture. De 21ste eeuw en de nieuwe farao's
Bij elk gesprek over ongelijkheid vallen na enkele minuten de namen van Elon Musk, Jeff Bezos en Bill Gates. Daar is een reden voor. Op hun bankrekening staan zoveel nullen dat zelfs een geschoolde wiskundige naar adem hapt en zich afvraagt of deze mensen wel nog tot de wereld behoren. In het universum van de multimiljardairs gelden andere criteria. In een jaarlijkse update over wereldwijde ongelijkheid vlooide Oxfam uit dat de 10 rijkste miljardairs in minder dan 2 jaar hun reeds fenomenale bankrekening meer dan verdubbeld hadden. In maart 2020 waren ze 'slechts' 700 miljard dollar waard, eind 2021 was dat 1.500 miljard. Het extraatje van 119 procent is des te merkwaardiger, omdat de hele planeet toen onder Covid-19 kreunde.
Terwijl miljoenen hun baan en spaargeld verloren, de economie een flinke krimp kreeg en de overheden zich diep in de schulden staken om het schip drijvende te houden, genoten de ultrarijken van een bonanza zonder voorgaande. Negen Amerikaanse heren en de Fransman Bernard Arnault zijn samen 1.500 miljard dollar waard, het is zowel surrealistisch als stuitend. Niemand kan er zich veel bij voorstellen, maar iedereen is het erover eens dat 1.500 miljard waanzinnig veel geld is. Je kunt er meer dan 11.000 fonkelnieuwe gevechtsvliegtuigen mee kopen of 2,6 miljoen Ferrari's tegen 500.000 euro per stuk. Je kunt er ook 6,6 miljoen sociale woningen mee bouwen. Mochten de 10 farao's een staat kopen, ze zouden met hun 1.500 miljard dollar op de bbp-ranking op de elfde plaats komen. Net na Canada, voor Zuid-Korea, Rusland, Australië, Spanje en ook voor België, dat met zijn 515 miljard in 2020 goed was voor een eervolle 26ste plaats.
Zoveel fenomenale rijkdom in de handen van enkelen, het is onwezenlijk en zelfs beangstigend. Nauwelijks gehinderd door enige democratische controle kunnen ze hun gigantische geldsommen naar believen uitgeven. De een koopt er enkele voetbalclubs mee, de ander een stel raketten om even in de ruimte te toeren, een derde schaft zich een leger lobbyisten aan om de volksvertegenwoordigers in te peperen dat de winsten van vandaag de jobs van morgen zijn. Echt geruststellend is het niet, want in de wereld van de miljardairs is alles te koop, ook parlementsleden en misschien zelfs een democratie. Dat hier ene groot politiek conflict in de maak is, geen zinnig mens die daaraan twijfelt. Al even verontrustend is dat de exorbitante rijkdom van de club van 10 wereldwijd sociale springstof oplevert. Dat de 10 samen 6,5 keer zoveel bezitten als de armste 40 procent van de planeet, is het fatsoen ver voorbij.
Terwijl 3,1 miljard mensen aan de onderkant niet eens 80 dollar bezitten, zit de top van de piramide op een portefeuille van gemiddeld 150 miljard dollar. Om een paar dollar meer te verdienen trokken duizenden Aziaten en Afrikanen de voorbije jaren naar Quatar om er in erbarmelijke omstandigheden voetbalstadions te bouwen. Elementaire mensenrechten, zoals lidmaatschap van een vakbond, werden ontzegd. Ondertussen werden de ultrarijke 10 slapend rijker. Tussen maart en eind 2021, zo becijferde Oxfam, dikte hun bankrekening aan met 1,3 miljard dollar per dag. Dat is 15.000 dollar per seconde. (pagina 17-18)
Onderstaande titels staan in de lange literatuurlijst, én staan op dit blog
Totalitarisme |
2014 |
440 |
|
Ongelijkheid |
2015 |
443 |
|
Waarom de
wereld niet naar de knoppen gaat |
2019 |
288 |
|
Het land is
moe |
2010 |
238 |
|
Reizen
zonder John |
2012 |
573 |
|
Kritiek van
de zwarte rede |
2015 |
288 |
|
Wereldwijde
ongelijkheid |
2017 |
333 |
|
Gigantisme |
2019 |
236 |
|
Kapitaal en
ideologie |
2020 |
1134 |
|
Kapitaal in
de 21e eeuw |
2014 |
813 |
|
Verlichting
nu |
2018 |
920 |
|
De
globaliseringsparadox |
2015 |
375 |
|
De euro |
2016 |
472 |
|
Winst voor
iedereen |
2019 |
368 |
|
Gekochte
tijd |
2015 |
273 |
Terug naar Overzicht alle titels
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen