donderdag 29 oktober 2020

Joost Hengstmengel

Boom 2020, 240 pagina's -  € 22,50

Website Joost Hengstmengel (1985)

Korte beschrijving
De auteur, als filosoof en econoom verbonden aan theologische instituten, laat zien hoe Grieks-Romeinse filosofen en vervolgens christelijke theologen zich vanwege hun ethische insteek niet konden vereenzelvigen met het concept van 'homo economicus', een uit individueel eigenbelang handelend mens. Deugdzaamheid en gemeenschapszin stond men voor. In de vroegmoderne tijd (1500-1650) werd economisch individualisme niet langer als verwerpelijk beschouwd. En in de achttiende eeuw werd eigenbelang gezuiverd van de negatieve connotatie uit het verleden en als menselijke drijfveer erkend. Daarmee was de weg voorbereid voor het ontstaan in de negentiende eeuw van het concept van de mens als individu dat door eigenbelang en streven naar rijkdom wordt geleid. Hoewel de materie niet eenvoudig is, slaagt de auteur er goed in om deze toegankelijk en leesbaar te schetsen. Met notenapparaat, literatuurlijst en register.

Tekst op website uitgever
Economie is een samenspel van mensen die vanuit hun eigenbelang handelen. Deze klassiek geworden opvatting geniet nog altijd populariteit. Toch heeft de economie niet altijd in het teken van eigenbelang gestaan. In de oudheid en middeleeuwen prevaleerde het beeld van de mens als een deugdzaam en op samenleven gericht wezen. Pas in de moderne tijd ontwikkelde zich een idee van economisch individualisme en verlicht eigenbelang. In deze familiegeschiedenis van de homo economicus onderzoekt Joost Hengstmengel de wortels van het moderne economische denken. Hij laat zien welke filosofische en theologische denkbeelden ten grondslag liggen aan de moderne economie en het daarin heersende mensbeeld. Zijn zoektocht geeft niet alleen een fascinerend historisch overzicht, maar toont ook dat een andere manier van economisch denken mogelijk is: een economie met ruimte voor deugden als matigheid, rechtvaardigheid en naastenliefde. ‘Dit boek vormt een genealogie van de homo economicus. Het bespreekt de geboorte en de familiegeschiedenis van de negentiende-eeuwse economische mens. Deze geschiedenis gaat ver terug in de tijd. De economie zoals wij die kennen, stamt af van de antieke filosofie, de middeleeuwse theologie en de vroegmoderne moraalfilosofie. Om te begrijpen waar de economische mens vandaan kwam en wat diens komst op aarde betekende, moeten we deze vroege, voorwetenschappelijke fasen in het economisch denken stuk voor stuk langslopen. We zullen daarbij onvermijdelijk stuiten op andere revoluties in de voorgeschiedenis van de economische wetenschap. Het ontstaan van de homo economicus is namelijk evengoed de geschiedenis van de opkomst van het economisch individualisme, de ontdekking van het verlicht eigenbelang en de scheiding van de economie en de ethiek.’ Joost Hengstmengel (1985) is filosoof en econoom. Hij is als onderzoeker verbonden aan het Erasmus Economics & Theology Institute (EETI) en als universitair docent aan de Theologische Universiteit Kampen. 

Fragment uit VI. De ontdekking van het verlicht eigenbelang
1. Inleiding

Op de zondeval van de economie volgde een eeuw van verlichting. De 'lange achttiende eeuw', een periode die rond 1670 begon en in meerdere opzichten cruciaal voor het ontstaan van de klassieke economische wetenschap. Een daarvan was dat de drijfveer van het eigenbelang van morele en theologische blaam werd gezuiverd. Werd de geldzuchtige mens in het midden van de zeventiende eeuw nog met argusogen bekeken, aan het einde van de achttiende eeuw as het streven naar geld en bezit min of meer tot deugd verheven. 'There are few ways in which a man van be more innocently employed than in getting money', schreef de bekende Engelse intellectueel Samuel Johnson in 1775. Om deze intellectuele aardverschuiving te begrijpen, moeten we het blikveld weer wat verruimen en ingaan op het toenmalige debat over hartstochten en belangen. De vraag naar de mens en diens belangen was in de vroegmoderne periode namelijk niet alleen voer voor politiek economen, maar ook voor theologen, filosofen en moralisten.

In dit hoofdstuk zullen onder de noemer van enkelen 'ismen' diverse afzonderlijke denkers worden besproken. Wat zij gemeen hadden, is dat zij expliciet of impliciet reageerden op Hobbes. Wie destijds iets over de mens en de hartstochten te vertellen had, kon niet om deze denker heen. Hun mensbeeld was ofwel augustijns-epicureïsch, een gelegenheidscoalitie waarin het aangeboren egoïsme van de mens werd benadrukt, of juist stoïcijns, met haar nadruk op het menselijke vermogen tot goedheid. Tezamen doordachten zij de mogelijkheid van een welbegrepen eigenbelang, een idee dat bekend is uit Tocquevilles boek over de democratie in Amerika (1835), maar dat veel oudere papieren heeft. Hun denken gehoorzaamde aan methodologisch individualisme, wat zoveel wil zeggen dat zij complexe maatschappelijke fenomenen probeerden te begrijpen als resultante van individuele handelingen. Het eigenbelangstreven zou als vanzelf leiden tot collectieve voordelen. Zo baanden ze, in reactie op Hobbes, de weg voor het laisser-faire-denken in de economie.

De gedachte dat het eigenbelang op gespannen voet staat met het publiek belang begon nu echt uit te sterven. Grofweg ontwikkelden zich in de twee eeuwen voor Adam Smiths drie posities. De eerste was die van een kunstmatige harmonie van belangen, tot stand gebracht door wetgevers en overheden. Individuen konden ondanks hun egoïsme worden gestuurd en verleid om een bijdrage te leveren aan het publieke goed. De tweede was die van een natuurlijke harmonie van belangen mensen dragen in hun egoïsme onbewust en zonder dwang van hogerhand vanzelf al bij aan de belangen van anderen. Tot slot was er in Groot-Brittannië een groep denkers die in een samensmelting van belangen geloofde. Volgens hen zou de mens met zijn veelzijdige drijfveren bewust of onbewust zelf al streven naar een maximaal geluk voor zichzelf én de ander. Van elk van deze posities zullen in dit hoofdstuk voorbeelden aan bod komen. (pagina 121-122)

Artikel: Mensbeelden - boeken én e-books voor onze post-corona-times (april 2020)

Terug naar Overzicht alle titels

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen