zondag 7 november 2021

Arnout Weeda

Markt als mythe : de verborgen geschiedenis van het neoliberalisme
Boom 2021, 252 pagina's € 22,50

Korte biografie van Arnout Weeda (1946)

Korte beschrijving

Tekst op website uitgever
De verwarring in het economisch denken is nog nooit zo groot geweest. Aan abstracte begrippen wordt werkelijkheid toegekend, waardoor die een eigen leven gaan leiden. In Markt als mythe fileert Arnout Weeda het fenomeen ‘marktwerking’ als kern van het gangbare economisch denken. Vraag en aanbod in de economie kunnen duizenden gedaanten aannemen, waarin mensen afhankelijk van culturele en individuele omstandigheden steeds weer anders handelen.

Al jaren wordt een verhit debat gevoerd vóór of tegen de markt. Maar waar gaat dat over als die markt slechts een mythe is, en alleen bestaat in onze verbeelding? En dit is niet de enige misvatting in de geschiedenis van het economisch denken. Weeda toont aan dat wat tegenwoordig doorgaat voor neoliberalisme, op drijfzand berust en ver afstaat van de oorspronkelijke bedoelingen van de pioniers, zoals de Weense econoom Hayek. Na een heldere analyse van soortgelijke dwalingen benadrukt de auteur dat onze economische problemen te complex zijn voor simpele oplossingen. De coronacrisis heeft dat recent nog eens extra benadrukt.

Fragment uit 7. Epiloog
Uiteindelijk heeft complexiteit diep wortels in de geschiedenis van de sociale wetenschappen, de economie niet uitgezonderd. Ook de 'onzichtbare hand' van Smith ging over oplossingen van onderop, en niet over de anarchie van een abstracte markt. Het neoklassieke én neoliberale standaardmodel, waarin overheid en markt tegenover elkaar staan, is de afwijking in een lange traditie die teruggaat tot de Griekse en oosterse wijsheid. In dat opzicht behelst complexiteitswetenschap de terugkeer van het denken over de economie - en de hele maatschappij - naar de wortels. Daarbij kunnen politici aansluiting zoeken, menen Colander en Kupers. In plaats van zich te richten op de kortetermijnbelangen van hun kiezers, kunnen ze ook een beroep doen op hun 'instinctieve herkenning van complexiteit'. Zo kan de hiervoor aangehaalde paradox misschien overwonnen worden. Mensen zullen altijd blijven leven in verhalen, maar die hoeven niet gebaseerd te zijn op louter fantasie.

Wat dat laatste betreft is de zelfregulerende markt inmiddels ruimschoots ontmaskerd als een van de 'begripsgedrochten' die Mauthner zo gevaarlijk vond omdat ze een eigen leven gaan leiden en daarin zowel ideologie als ethiek verhullen. Essentie van de complexiteitsbenadering is dat we weer leren leven in onzekerheid. Volgens de Belgische filosoof en psychiater Damiaan Denys berust elke vorm van zekerheid ten slotte op het geloof dat iets zeker is. Zo bezien moeten mensen hogere eisen stellen aan de verhalen waarin ze leven. Colander en Kupers onderstrepen dat met een krachtige waarschuwing: pas op voor deskundigen die zeker zijn van hun zaak, vooral als ze zich beroepen op hun wetenschap. Daarmee zijn we terug bij het citaat van Robinson als motto van dit boek, want die wijze raad zou ook zij hebben beschouwd als een goed wapen tegen misleiding door economen. (pagina 222)

Motto
'Doel van de economische studie is niet het verwerven van pasklare antwoorden op economische vraagstukken, maar om te leren hoe men misleiding door economen kan voorkomen.' - Joan Robinson (pagina 5)

Lees vooral ook: De limieten van de markt : de slinger tussen overheid en kapitalisme van Paul De Grauwe (uit 2014/2020) en De grootste show op aarde : de mythe van de markteconomie van Koen Haegens (uit 2015)

Terug naar Overzicht alle titels

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen