maandag 28 november 2022

Sue Donaldson & Will Kymlicka

Zoöpolis : een politieke theorie over dierenrechten
Noordboek 2022, 542 pagina's  €29,90
Reeks: Dierenrechtenbibliotheek 

Oorspronkelijke titel: Zoopolis: A Political Theory of Animal Rights (with Will Kymlicka) (2011)

Wikipedia: Sue Donaldson (1962) en Will Kymlicka (1962).

Korte beschrijving
Een lijvig politiek-filosofisch onderzoek (542 p.) naar verschillende vormen van dierenrechten. Ieder dier verdient grondrechten, stellen de Canadese wetenschappers Sue Donaldson en Will Kymlicka. Maar ook de gemeenschappen waarin dieren leven moeten wettelijk worden beschermd. In dit boek laten zij zien welke rechten bij verschillende dierengemeenschappen passen. Dieren in de wildernis vormen hun eigen soevereine gemeenschappen, terwijl we gedomesticeerde dieren kunnen zien als volwaardige leden van onze gemeenschap. Donaldson en Kymlicka geven een omvattend beeld van de theorie en toepassing van dierenrechten. ‘Zoöpolis’ is zeer intelligent, helder onderbouwd en overtuigend geschreven. Voor geoefende lezers met verregaande interesse in het onderwerp. Met een nawoord van dierenbeschermer Michel Vandenbosch.Sue Donaldson is filosofe en essayist. Ze publiceerde eerder 'Foods That Don't Bite Back’. Will Kymlicka is hoogleraar politieke filosofie aan Queen’s University en schreef meerdere boeken.‘Zoöpolis’ maakt deel uit van de dierenrechtenbibliotheek van uitgeverij Noordboek.

Tekst op website uitgever
Natuurlijk verdient elk dier grondrechten. Maar ook de gemeenschappen waarin zij leven horen we wettelijk te beschermen. In dit zeer invloedrijke boek laten de Canadese politieke wetenschappers Sue Donaldson en Will Kymlicka zien welke rechten bij de verschillende dierengemeenschappen passen. Dieren in de wildernis vormen hun eigen soevereine gemeenschappen, die recht hebben op bescherming tegen kolonisatie, invasie, overheersing en andere bedreigingen van hun zelfbeschikking. Gedomesticeerde dieren kunnen we zien als volwaardige leden van de gemeenschap met bijpassende rechten. Liminale dieren zijn wild, maar leven tussen de mens. Zij dienen rechten te krijgen die passen bij hun tussenpositie. Met een nawoord van dierenbeschermer Michel Vandenbosch "Overtuigend, zowel qua kritiek op bestaande dierenrechtentheorieën, als qua schets van een politieke theorie [...]. Een belangrijke en originele bijdrage aan het debat rond dierenrechten." - Eva Meijer in Krisis Sue Donaldson is essayist. Ze publiceerde ook Foods That Don't Bite Back. Will Kymlicka publiceerde zes boeken bij Oxford University Press. Zijn Contemporary Political Philosophy: An Introduction en Multicultural Citizenship gelden als standaardwerken in de politieke filosofie. Hij is hoogleraar politieke filosofie aan Queen’s University. Het nawoord bij dit boek is van dierenbeschermer Michel Vandenbosch.

Fragment uit 7. Dieren als liminale ingezetenen
in zekere zin kunnen we liminale dieren (dieren die in de nabijheid van mensen leven; en het gaat om meer dan honden en katten - hvd) zien als een succesverhaal. Terwijl de aantallen wilde dieren in de vrije natuur steeds meer afnemen, nemen de aantallen van veel liminale diersoorten toe. Ze hebben zich opmerkelijk succesvol weten aan te passen aan menselijke bewoning. Niet dat alles oké is in de relatie tussen mensen en liminale dieren, althans vanuit het oogpunt van dierenrechten. Integendeel, liminale dieren zijn het slachtoffer van allerlei vormen van mishandeling en onrecht, en van het feit dat mensen weigeren hun specifieke relationele verplichtingen jegens hen te erkennen.
  Een van de problemen is dat liminale dieren in ons alledaagse wereldbeeld onzichtbaar zijn. Omdat mensen in de wereld een tweedeling aanbrengen tussen wilde natuur en menselijke beschaving, definiëren ze de stedelijke ruimte als tegengesteld aan alles wat wild en natuurlijk is. Daarom onttrekken liminale dieren zich aan ons blikveld, in elke geval wanneer we denken en praten over hoe we onze gemeenschappen moeten inrichten en besturen. Stedenbouwkundigen bijvoorbeeld besteden zelden of nooit aandacht aan wat voor impact menselijke beslissingen hebben op liminale dieren en planologen zijn zelden opgeleid om met zulke thema's rekening te houden. Gevolg is dat liminale dieren vaak onopzettelijke schade ondervinden van onze gebouwen, wegen, elektriciteitsdraden, hekwerken, vervuiling, loslopende huisdieren, enzovoort. Op het niveau van de soort mogen liminale dieren zich hebben aangepast aan de gevaren van hun leven met mensen, maar veel individuele dieren sterven een gruwelijke en onnodige dood.
  De onzichtbaarheid van liminale dieren leidt er niet alleen toe dat mensen zich onverschillig of nalatig tegenover hen opstellen, maar - veel erger - dat ze hun aanwezigheid op zichzelf onrechtmatig vinden. Wie vindt dat wilde dieren ver weg in de wildernis behoren te leven, kan geneigd zijn liminale dieren te stigmatiseren als vreemdelingen, die menselijk grondgebied illegaal zijn binnengedrongen en die niet het recht hebben om daar te zijn. Wanneer zich dan conflicten met mensen voordoen, menen we het recht te hebben ons van liminale dieren te ontdoen: door hen massaal te vangen en te deporteren, of door grootschalige uitroeiingscampagnes (doodschieten, vergiftigen). Omdat liminale dieren niet in onze leefruimte thuishoren, denken we - als ze zogenaamd een 'plaag' vormen - hen te mogen elimineren door middel van het dierlijke equivalent van etnische zuivering. (pagina 378-380)

Boeken over onze nieuwe omgang met niet-dieren en dingen

Terug naar Overzicht alle titels


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen