maandag 24 september 2018

Ton van Haperen

Het bezwaar van de leraar : hoe slecht beleid de Nederlandse school vernielt

Amsterdam University Press 2018, 210 pagina's € 14,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl 

Website Ton van Haperen (1959)

Korte beschrijving
De positie van de leraar is een hoogst actueel thema. Deze beschrijving sluit goed aan bij de discussies en demonstraties over werkdruk, salaris en de toekomst van het onderwijs. Ton van Haperen is al jaren docent Economie op een school voor voortgezet onderwijs. Hij kent het onderwijs van binnenuit. Met een kritische pen beschrijft hij regelmatig in columns en artikelen zijn bezorgdheid over het huidige onderwijs. Er is volgens hem veel mis. In dit boek, dat soms de indruk geeft van een pamflet of een lange column, neemt hij alle ruimte om zijn zorgen te beschrijven. Hij gaat consequent voor kwaliteit en het goed uitoefenen van het vak, met daarbij veel waardering en respect voor de leraar. Het gaat niet goed in het onderwijs: het niveau daalt, de klassen zijn overvol, de maatschappelijke waardering is minimaal en het ontbreekt aan een degelijke visie. Voor de lezer allemaal heel herkenbaar. De schrijver geeft veel oorzaken aan, zoals: een ondoorzichtig beleid en bestuur, de kwaliteit van de opleiding, de invoering van passend onderwijs en een uit de hand gelopen wereld van toetsen, cijfers en examens. Door al die ontwikkelingen is de kwaliteit van het lesgeven en de leraar onder druk komen te staan.

Tekst op website uitgever
De druk op docenten wordt almaar groter, door onrealistische eisen van leerlingen, ouders, schooldirecties en de overheid. Intussen neemt de kwaliteit van het onderwijs af. In Het bezwaar van de leraar beschrijft leraar, lerarenopleider en publicist Ton van Haperen het Nederlandse onderwijs van binnenuit. Hij laat zien dat er nog steeds een groeiende kloof bestaat tussen bestuur en leraren, waardoor de beleidsresultaten tegengesteld zijn aan de doelstellingen. Van Haperen schrijft in dit vlammende betoog dat dit makkelijk anders kan. Na het parlementair onderzoek onder leiding van Jeroen Dijsselbloem in 2008 leek het erop dat er meer zou worden ingezet op de professionalisering en ondersteuning van docenten. Het verwijt aan de politiek was dat zij onderwijsvernieuwingen had doorgedrukt, zonder naar docenten, leerlingen en ouders te luisteren. Van Haperen laat zien dat Dijsselbloems roep om herstelbeleid verloren dreigt te gaan. Onderwijsinstellingen zijn log en inefficiënt, en leraren tonen steeds minder werkplezier. Onze kinderen scoren weliswaar goed op toetsen, maar van beklijving van kennis is amper sprake. In 2007 werd het vorige boek van Van Haperen, 'De ondergang van de leraar', door de Volkskrant uitgeroepen tot een van de beste boeken van het jaar. Ruim tien jaar later trekt de bevlogen leraar wéér aan de bel. 'Van Haperens betoog is overtuigend

Fragment uit (de) Epiloog
De afbrokkeling van de middelbare school lijkt op de teloorgang van het Nederlands voetbal. Dat doet het ook al even niet goed. Zo gauw een speler het balletje drie keer hoog kan houden vertrekt hij naar het buitenland. In Nederland wil een speler die iets kan niet voetballen. Ook Ajax heeft daar last van. Ooit de beste ploeg van de wereld. Jaren aan een stuk. Johan Cruijff, zelfs in de jaren zeventig de beste speler van de wereld, zei: 'Zo kan het niet langer.' Zijn oplossing: Ajax moet weer gewoon een voetbalclub zijn. Niet een beursgenoteerde naamloze vennootschap. Hij mobiliseert oud-voetballers en de revolutie is een feit.
De zakenjongens en advocaten gaan eruit. De praktijkjongens komen erin. De technisch directeur, de zakelijke leiding, het dagelijks management, allemaal oud-voetballers. En nee, niet alles loopt op rolletjes. Maar de club bereikt in 2017 wel weer eens een Europa Cup finale, verkoopt spelers alleen als ze heel vele geld opleveren; daardoor heft de club 100 miljoen op de bankrekening staan en kan het kopen wie het wil. Het is een lange weg, en vooruitgang gaat met vallen en opstaan, maar er is voor het eerst licht aan het einde van de tunnel. Het perspectief is beter dan ooit. Perspectief, licht aan het einde van de tunnel, precies dat is waar de middelbare school naar snakt.
  Ik hoop het nog te mogen meemaken. De praktijkrevolutie in het voortgezet onderwijs. Alle koningen, edelen, jonkvrouwen, luchtfietsers, organisatiegoeroes, managementdromers eruit. En de praktijkmensen aan het roer. Een school is een school. Geen maatschappelijke onderneming. De beste leraar is de baas. Als eerste onder gelijken.
  De Cruijffiaanse revolutie heeft maar één doel. De beginselen van goed bestuur terugbrengen. Een nieuw werkbaar en effectief evenwicht tussen vrijheid, regels en zelfbinding. Leraren hebben vrijheid en autonomie in hun lesontwerpen, toetsing, materiaalkeuze en professionele ontwikkeling. Ze hebben daar ook tijd voor. En ruimte voor eigen beslissingen, die bij hun passen. Maar er zijn ook regels die zeggen: je bent wel bevoegd, je hebt het vak dat je doceert bestudeerd, je bent aanspreekbaar op de kwaliteit van en de ontwikkeling in je werk. Bovendien, er zijn wat zaken die we hier wel en niet doen. Je meldt je niet ziek als je correctiewerk hebt. Je leerlingen krijgen hun resultaten snel terug en je rekent niet af, je praat met ze over hoe ze zich kunnen verbeteren. We beginnen niet een kwartier na de zoemer met de les. Win-lose-gedrag van leraren vereist regulering op schoolniveau. En ouders, leerlingen en leraren voelen zich gebonden aan de school. Vanuit die binding zijn zij bereid offers te brengen, zich goed te gedragen. Dus nee, we gaan niet donderdag al op wintersport om de files voor te zijn, want dan zitten de kinderen op school en wat daar gebeurt is belangrijk. Voor hun en onze toekomst. En precies om die reden werkt de leraar uit zichzelf buiten zijn lessen extra met onderpresteerders. Om ze op een hoger niveau te krijgen. Waardoor ze alsnog slagen voor het examen. De schoolleider bedankt hen daarvoor. In het openbaar. Door het uit te spreken.
  Goed bestuur is niet ingewikkeld. En toch schittert het door afwezigheid. Door ineffectieve sturing presteert de middelbare school onder. Elke succeservaring ontbreekt. De enige die het succes kan terugbrengen, is de leraar. Daar komt alles samen. Leren, toetsen, resultaten, beleid en plezier. Onderwijs gebeurt in de klas, niet op kantoor. Zo denken ze er in het buitenland ook over. (pagina 188-190)

Jan Walraven


De diefstal van de eeuw : hoe we onze privacy verloren én kunnen heroveren

Van Halewyck 2018, 236 pagina's € 21,99

Jan Walraven op Twitter

Korte beschrijving
De wereldwijde digitalisering heeft een duidelijke keerzijde. Grote spelers als Facebook en Google zijn in staat op grote schaal burgers digitaal te volgen. Dit uitstekende boek, geschreven door een bekwaam Belgisch onderzoeksjournalist, gaat in op onderwerpen als 'profiling' aan de hand van ons internetgedrag, op het gebruik van geavanceerde computerprogramma's met algoritmen aan de hand waarvan 'big data' worden geanalyseerd, de handel in data en dergelijke. Het boek maakt aan de hand van praktijkvoorbeelden inzichtelijk hoe de persoonlijke levenssfeer van mensen wordt 'gestolen'. Het boek, met enkele zwart-witfoto's, is een forse waarschuwing voor de gevaren van de informatiemaatschappij. De privacy van de burgers staat op het spel. Gemakkelijk leesbaar en toegankelijk voor iedereen met interesse in de bescherming van privacy op het internet. Voorkennis is niet nodig om dit boek te lezen. Voorzien van een bronnenoverzicht.

Tekst op website uitgever
Weet je het al? Je wordt gevolgd. Je wordt geanalyseerd. Verhandeld. En gebruikt. De persoonlijke data die bedrijven als Google en Facebook op grote schaal over ons doen en laten verzamelen, wordt ingezet om te beïnvloeden wat we doen, wat we kopen en zelfs op w ie we stemmen. Maar Google en Facebook zijn nog maar het topje van de ijsberg. Innovatieve huizen en smart cities bieden ongelofelijke mogelijkheden, maar ze gaan ten koste van onze privacy en onze keuzevrijheid.

Hoe hebben we dit laten gebeuren? En kunnen we er nog iets aan doen? In De diefstal van de eeuw duikt Jan Walraven diep in de wereld van tracking cookies en seksistische algoritmes. Hij komt boven met een ontluisterend en tegelijk hoopgevend relaas. Want onze privacy staat misschien met een half been in het graf, ze is nog niet helemaal dood en begraven.

Fragment uit Deel 5. Na de diefstal - hoofdstuk 1. De herovering (is al bezig)
Dit boek heeft tot nu toe geen opbeurend verhaal verteld. We worden gevolgd, in vakjes gestopt, verhandeld en gebruikt. En dat allemaal om een kleine groep bedrijven en mensen rijker te maken. Het zijn onze data, die van jou, van mij, van onze vrienden en familie, waar techgiganten, data-handelaars, uitgevers en alle mogelijke databedrijven geld mee verdienen. Onze data worden tegen ons gebruikt, om ons te beïnvloeden, te verleiden en te sturen. Niet enkel het bedrijfsleven heeft ontdekt hoe lucratief big data en het eroderen van ons recht op privacy kan zijn, ook de politiek maakt gretig gebruik van de diensten en technieken van deze bedrijven. En ja, ook overheden lonken verlekkerd naar de mogelijkheden die slimme camera's en zoveel andere nieuwe technologieën bieden.
  Misschien is de samenwerking tussen private bedrijven en overheden nog het meest zorgwekkend. Om (nog meer) geld te verdienen stellen private bedrijven hun knowhow ter beschikking van regeringen die er hun bevolking mee willen controleren en sturen. Dat Chinese burgers op basis van hun gedrag een allesbepalende score opgeplakt krijgen die bepaalt wat ze wel of niet kunnen doen, zou een zeer acute waarschuwing moeten zijn. Maar klokkenluider Edward Snowden toonde een aantal jaren geleden al aan dat ook de Amerikaanse overheid niet terugdeinst om gebruik te maken van dataverzamelingscapaciteiten van de grote technologiebedrijven .
  Zullen deze bedrijven zomaar stoppen met data verzamelen? Het korte antwoord: nee. Waarom niet leg ik eerst uit. Gelukkig zijn er mensen en organisaties die de strijd wel willen voeren, die nu al proberen om het systeem aan te vechten en onze privacy te heroveren. De ene al luidruchtiger dan de andere. Sommigen willen deze giganten opsplitsen, anderen kiezen voor een juridische aanpak, of gebruiken de technologie zelf om de strijd te beslechten. De ene kiest ervoor om de betrokken bedrijven zelf aan te pakken, de andere kijkt verder en wil het hele systeem ten gronde richten. Ze proberen elk hun stukje van het werk te doen. Toch is het lang niet zeker dat ze ook in hun opzet zullen slagen. Maar ze tonen tenminste dat we niet gedwee akkoord moeten gaan met hoe het systeem nu in elkaar zit, met de praktijken die nu gangbaar zijn. Ze tonen aan dat er nog een andere weg is en dat onze privacy nog niet dood en begraven is. De herovering van die privacy en het opeisen van onze digitale rechten is nodig. Het goede nieuws is: die herovering is al bezig. (pagina 177-178)

Lees o.a. ook: Tien argumenten om je sociale media-accounts nu meteen te verwijderen van Jaron Lanier (uit 2018), Het internet is niet het antwoord  van Andrew Keen (uit 2015) of Om de wereld te redden, klik hier van Yvgeny Morozov (uit 2014)


Terug naar Overzicht alle titels


Adam Rutherford

Een kleine geschiedenis van iedereen die ooit heeft geleefd

Luitingh-Sijthoff 2018, 485 pagina's € 22,99

Oorspronkelijke titel: A brief history of everyone who ever lived ... (2016)

Wikipedia: Adam Rutherford (1975)

Korte beschrijving
et boek gaat over de evolutie en de geschiedenis van de mens. Het eerste deel 'Hoe we zijn geworden wie we zijn' behandelt de voorgeschiedenis van de huidige mens. Hierbij worden de 'voorouders' van de Homo sapiens behandeld. Ook algemene elementen van de evolutietheorie komen aan de orde. In het tweede deel 'Wie wij nu zijn' wordt ingegaan op de huidige kennis van de mens. Hierbij komen vele zaken ter sprake zoals de huidige stand van zaken van de genetica, zoals die van DNA-studies. Het boek treedt wat erg in details op verschillende punten. Het geheel ontbreken van figuren is een duidelijke tekortkoming. Voorzien van literatuurlijsten en een register.

Tekst op website uitgever
In onze unieke genomen dragen we allemaal de geschiedenis van onze soort – geboorte, dood, ziekte, oorlog, hongersnood, migratie en héél veel seks. Maar die verhalen zijn altijd verborgen gebleven – tot nu. Wie waren onze voorouders? Waar kwamen ze vandaan? Genetici zijn plotseling historici geworden en het harde bewijs in ons DNA heeft alles we dachten te weten over de afgelopen 100.000 jaar in een ander daglicht gesteld. De bejubelde wetenschapper en schrijver Adam Rutherford zal je anders doen denken over neanderthalers, evolutie, royalty, ras en zelfs roodharigen.

Fragment uit 1. Inleiding
De eerste helft van dit boek gaat over de nieuwe inzichten in het verleden dankzij de genetica, vanaf de periode waarin er nog zeker vier mensensoorten op aarde leefden, tot aan de koningen van het achttiende-eeuwse Europa. De tweede helft gaat over waar we nu staan en wat onderzoek naar DNA in de eenentwintigste eeuw ons kan vertellen over gezinnen, gezondheid, psychologie, ras en onze bestemming. In beide delen wordt DNA gebruikt als een tekst naast de historische bronnen waar we al eeuwenlang op vertrouwen: archeologie, stenen, oude botten, legendes, kronieken en familiegeschiedenissen.
   Hoewel de studie naar onze voorouders en afstemming zo oud is als de mens, is de genetica nog een jonge wetenschap, met een lastige, korte geschiedenis. De menselijke genetica was oorspronkelijk een methode om mensen op te meten, met elkaar te vergelijken, zodat de verschillen tussen hen wetenschappelijk geformaliseerd konden worden en misbruikt om rassenscheiding en -onderwerping te rechtvaardigen. Het ontstaan van de genetica valt samen met het ontstaan van de eugenetica, al had dat woord eind negentiende eeuw nog niet de kwalijke betekenis die het nu heeft. Er bestaat geen controversiëler onderwerp in de wetenschap dan ras - mensen verschillen van elkaar, en het gewicht dat aan die verschillen is toegekend, heeft de diepste verdeeldheid en wreedste, meest bloedige daden in de geschiedenis veroorzaakt. Zoals we zullen zien heeft de moderne genetica aangetoond dat we nog steeds het idee van rassen spectaculair verkeerd begrijpen. (pagina 21-22)

 

Lees ook: Sapiens : een kleine geschiedenis van de mensheid van Yuval Noah Harari (uit 2014)

Terug naar Overzicht alle titels

zaterdag 22 september 2018

Dit was het nieuws niet


Dit was het nieuws niet

De Correspondent 2018, 291 pagina's € 15,--

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Korte beschrijving
Dit boek bevat verhalen die niet zo snel in het journaal zullen komen, maar wél een dieper inzicht geven in hoe de wereld werkt. Het is een project van 'De Correspondent' – het volledig advertentievrije platform dat niet meegaat met de mediahypes, maar zich richt op diepgravender verhalen die helpen het nieuws beter te begrijpen. Er hebben 23 auteurs een bijdrage aan het boek geleverd, allen verbonden aan De Correspondent. Hun verhalen geven een geheel nieuwe blik op het nieuws van alledag en de wereld om ons heen. Verhalen over uiteenlopende onderwerpen: van privacy, technologische innovatie en stille armoede tot het fileprobleem, het schuldensysteem en klimaatverandering. Uitvoering: softcover, geen kleurendruk, bescheiden geïllustreerd, rustige eigentijdse lay-out Inhoud: vijf blokken, met als thema's: Dilemma's van deze tijd; Ontwikkelingen op de achtergrond; Mensen die een podium verdienen; Ideeën die de wereld kunnen veranderen; Oplossingen die hoop geven. In totaal 21 hoofdstukken met Voorwoord, Nawoord, Verantwoording en Bronnen. Bijzonder boek, dat een geheel nieuwe kijk op het nieuws biedt. Voor een flinke lezerskring.

Tekst op website uitgever
Nieuws vertelt je wat er vandaag gebeurt, maar zelden wat er iedere dag gebeurt. Daardoor overschatten we het belang van zeldzame gebeurtenissen en missen we vaak de belangrijkste ontwikkelingen van onze tijd.

In Dit was het nieuws niet lees je onmisbare verhalen die niet zo snel in het journaal zullen komen, maar wél een dieper inzicht geven in hoe de wereld werkt.

Bijvoorbeeld over de grootste uitvinder van deze tijd, de stille armoede in een van de rijkste landen ter wereld, hoe we ons kunnen wapenen tegen burn-outs en wat de werkelijke oplossing is voor het fileprobleem.

Met verhalen van Lynn Berger, Sanne Blauw, Rutger Bregman, Marc Chavannes, Jesse Frederik, Lennart Hofman, Bregje Hofstede, Michiel de Hoog, Maurits Martijn, Jelmer Mommers, Vera Mulder, Ernst-Jan Pfauth, Nina Polak, Tamar Stelling, Heiba Targhi Bakkali, Dimitri Tokmetzis, Tomas Vanheste, Arjen van Veelen, Thalia Verkade, Maite Vermeulen, Johannes Visser, Rob Wijnberg en Dick Wittenberg.

Fragment uit (het) Voorwoord - Dit was het nieuws niet (door Rob Wijnberg)
Vergeet nepnieuws. Echt nieuws is minstens zo misleidend.
  Dat is, realiseer ik mij, een boude stelling. De afgelopen jaren is er veel ophef  geweest over nepnieuws. Deze vorm van leugenachtige propaganda verpakt als nieuws heeft onze sociale media overspoeld en zo Donald Trum aan de macht geholpen, brexit veroorzaakt en vreemdelingenhaat versterkt, zo luidt een breedgedragen theorie. Parlementaire verhoren, leugens detecterende algoritmes en Europese werkgroepen zijn in stelling gebracht om nepnieuws tegen te gaan. En inderdaad, de schaal waarop en  snelheid waarmee deze  vorm van misinformatie zich tegenwoordig verspreidt is met recht een probleem te noemen.
  Toch durf ik de stelling aan dat echt nieuws, de stroom aan berichten die wij dagelijks massaal consumeren, een minstens zo groot probleem vormt.
 
Dat besef begon bij mij te dagen toen ik in 2006 op een krantenredactie kwam werken. Ik studeerde destijds filosofie en kreeg tegelijkertijd een baan op de binnenlandredactie van  nrc.next, de toen net gelanceerde ochtendkrant van NRC Handelsblad. Onmiddellijk  begon mij het contrast op te vallen tussen mijn studie en mijn werk.
  Filosofie, leerde ik in de collegebanken, stelt de meest tijdloze vragen die je kunt bedenken. Al duizenden jaren zoekt de filosofische mens antwoord op vragen als: Wat is waarheid? Wat is schoonheid/ Wat is rechtvaardigheid?
  Journalistiek daarentegen stelt juist vragen die extreem tijdelijk zijn. Wat vandaag groot nieuws is, is morgen vaak alweer vergeten. Niet voor niets heet de grootste nieuwssite van Nederland Nu.nl: nieuws gaat over dit moment - en vaak niet verder. De omloopsnelheid van nieuws is met de komst van het internet alleen maar toegenomen. Niet zelden is het nieuws van dit moment na een paar uur alweer ingehaald of achterhaald.
  Filosofie komt te voet, nieuws gaat te paard.

 Het moet dat contrast tussen mijn studie en werk zijn geweest dat bij mij de verwondering aanwakkerde: wat is nieuws eigenlijk?
  Op die vraag is moeilijk een eenduidig antwoord te geven. 'Nieuws', zei mijn chef bij nrc.next vaak, 'is datgene wat je naar je buren doet rennen om het door te vertellen.' 'Nieuws', zeiden collega's, 'is wat je nog niet wist.' Of nog algemener: 'Nieuws vertelt je wat er gebeurt in de wereld.' Althans zo luidt de belofte.
  Hoewel nieuws dus va alles kan zijn, kwam ik er gaandeweg achter dat er wel degelijk - vaak onuitgesproken - criteria zijn waarop journalisten baseren of iets nieuws is of niet. Zo kwam ik langzaam maar zeker tot een eigen definitie. Nieuws bestaat uit sensationele, uitzonderlijke, negatieve, recente gebeurtenissen. En in die vijf woorden zit ook het grote probleem met nieuws besloten.

Dit artikel is een bewerking van een eerder op Medium geplaatst artikel: The problem with real news — and what we can do about it (12 september 2018)

Artikel over dit en vier andere artikelen: Nieuws gaat over sensationele, uitzonderlijke, negatieve, recente gebeurtenissen (15 september 2018)

In het boek is ook een veel ouder artikel van Rob Wijnberg opgenomen: Hoe waarheid een product werd (mei 2014).
Artikel over dit artikel: Lang artikel - Maar wat beoogt ónze waarheid nog, behalve dan het eindeloos bevredigen van onze behoeften? (juni 2014)

Terug naar Overzicht alle titels

Yvonne Zonderop

Ongelofelijk : over de verrassende comeback van religie

Prometheus 2018, 165 pagina's € 19,99

Wikipedia: Yvonne Zonderop (1955)

Korte beschrijving
Het christendom was 1500 jaar de dominante godsdienst in de Lage Landen. Massale kerkverlating en ontzuiling hebben er sinds de jaren zestig in rap tempo voor gezorgd dat de schatten die in de christelijke traditie liggen opgeslagen bijkans vergeten zijn. Onze maatschappij is echter niet denkbaar zonder de eeuwenlange vormende invloed van het christendom. De auteur, journaliste en zelf niet gelovig, pleit voor het serieus nemen van de erfenis van het christendom. De christelijke boodschap staat voor barmhartigheid, naastenliefde, genade en vergeving en is van groot belang voor een geïndividualiseerde en geseculariseerde maatschappij die zoekt naar wat (ver)bindt en waardevol is. Oosterse vormen van spiritualiteit, hoe interessant ook, kunnen in die behoefte niet voldoende voorzien. De auteur besteedt tevens aandacht aan nieuwe vormen van christelijk engagement en aan de rol van migrantenkerken. Toegankelijk geschreven en bestemd voor eenieder die meer wil weten over de actuele betekenis van het christendom voor individu en maatschappij.

Fragment uit 6. Binding of autonomie?
Er woedt misschien geen conflict tussen de generaties zoals in de jaren zestig, maar er gaapt wel een mentale kloof. Mensen die opgroeiden in de jaren zestig en zeventig vinden haast niets zo belangrijk als onafhankelijkheid en persoonlijke vrijheid. Twintigers en begin dertigers stellen juist vragen bij het resultaat van die enorme vrijheidsdrang. Is autonomie inderdaad het hoogst bereikbare doel in een mensenleven?
  Wie na 2000 volwassen werd, zag de Twin Towers instorten, het populisme opkomen, en kreeg daarna een financiële crisis te verstouwen. Het vaste contract ging eraan, een digitale revolutie greep om zich heen, het klimaatprobleem doemde op. Op het wereldtoneel kondigde zich een verschuiving van de machtsbalans aan: de opkomst van Azië, een gevoel van neergang in het Westen. Globalisering en de snelle opmars van nieuwe technologie hebben mensen het unheimliche gevoel gegeven dat ze de controle over hun leven uit handen hebben gegeven. De stemming in het land is niet: er is een tekort aan vrijheid, laten we daar eens voor strijden. Er is juist behoefte aan het tegendeel: aan betrokkenheid, aan begrenzing en aan geborgenheid
  De liberale utopie heeft ons veel vrijheid opgeleverd, maar ze is een beetje doorgeslagen. Als vrijheid onbeperkt kan oprukken, komt gelijkheid - die andere belangrijke waarde - al snel in het gedrang. Wie vrijheid en individualisme als maat der dingen ziet, loopt het grote risico waardevolle verbanden kapot te slaan. Daar zijn populisten op grote schaal tegen in opstand gekomen. Ze wilden geen kosmopolitische wereld vol permanente verandering. Ook al tooien ze zich met namen als Partij voor de Vrijheid, ze komen juist op voor het belang van de groep, niet voor dat van het individu.
  Ik sprak hierover met de Amerikaanse politiek wetenschapper Mark Lilla, die weliswaar een liberale denker is, maar die niettemin vindt dat de aanhangers van vrijheid als hoogste levensdoel in hun eigen zwaard zijn gelopen. Lilla doceert aan Columbia University in New York over het belang van ideologie en religie. Volgens hem kon het liberale gedachtegoed in de afgelopen decennia compleet doorslaan wegens gebrek aan tegenspraak. Hij schreef daarover een belangrijk essay, waarin hij zijn liberale geestverwanten gemakzucht en denkluiheid verwijt. Vrijheid als hoogste goed is een dogma geworden. Na de val van de Muur zijn we dat principe overal op gaan toepassen. Dat was een vorm van geestelijke armoede, vindt hij, want in zichzelf is vrijheid niet eens een ideologie

Terug naar Overzicht alle titels

maandag 17 september 2018

Ruben Mersch 3


Van mening verschillen : een handleiding

Borgerhoff & Lamberigs 2018, 143 pagina's  - € 19,99

Meer informatie over Ruben Mersch (1976)

Korte beschrijving
Hoe op een constructieve manier om te gaan met meningsverschillen? De auteur heeft dit boek geschreven vanuit het idee dat een verschil van inzicht tot onoverbrugbare meningsverschillen en ruzies kan leiden. Hij heeft onderzoek gedaan over dit onderwerp door boeken te lezen van neurologen, diplomaten, psychologen en filosofen. Hierdoor bekijkt en behandelt hij het onderwerp vanuit meerdere gezichtspunten en heeft hij een handleiding geschreven hoe om te gaan met meningsverschillen. Hij beantwoordt vragen als: 'Hoe kun je er voor zorgen dat de ander open staat voor jouw argumenten?’, 'Kun je leren om niet elke afwijkende mening als een aanval te zien?’ en 'Bestaan er methodes om, in plaats van te schelden, samen na te denken over mogelijke oplossingen?' Het doel moet volgens hem zijn om te leren, om een best mogelijke oplossing te vinden en niet zozeer om gelijk te krijgen..

Tekst op website uitgever
Echt eenvoudig is het niet, van mening verschillen. En het lijkt wel alsof we het steeds moeilijker vinden. Gooi een stelling over om het even welk maatschappelijk thema in een groep en de kans is groot dat ze elkaar als een bende overstresste chimpansees met uitwerpselen beginnen te bekogelen. Net als een verbitterd koppel dat enkel nog samenblijft voor de kinderen bekvechten we over alles. Over zwarte Piet, vluchtelingen en kernenergie, over de hoofddoek, seksisme en de vraag of het allemaal de schuld is van de sossen. Die debatten zijn zelden constructief. We luisteren niet maar blijven onverdroten op de enorme nagel van ons eigen grote gelijk kloppen. De lijm die onze samenleving bij elkaar houdt lijkt zijn kleefkracht te verliezen. Maar wat doe je eraan? Stel dat je daar zelf staat voor die ene tierende nonkel, hoe kan je er dan voor zorgen dat die discussie eindigt zonder slaande deuren en wenende tantes? Hoe kan je met elkaar praten zonder dat het schreeuwen wordt, overtuigen zonder de ander te beledigen, toegeven zonder plat op je buik te gaan? Bestaat daar een handleiding voor? Nu wel. Doe er uw voordeel mee.

Fragment uit Enkele debatten die je beter kunt vermijden
Pas op met waarden

Rechtvaardigheid. Vrijheid. gelijkheid. Zelfbeschikkingsrecht. Geef toe, daar kan je niet tegen zijn? Toch zijn in een debat dat soort grote woorden vaak contraproductief. Als je een beetje creatief bent kan je er elke denkbare positie mee verdedigen. Ben je voor abortus? Dat kan je dan verdedigen door te verwijzen naar het recht op zelfbeschikking van de vrouw. Ben je tegen? Dan gebruik je het recht op leven van het ongeboren kind. Tegen vluchtelingen? Dan kan je het recht van en land om zelf te beslissen wie ze al dan niet toelaten inzetten. Voor? Dan gebruik je het recht van de vluchtelingen op een menswaardig bestaan. Ben je Iran? Dan heb (je) het over rechtvaardigheid: waarom mogen als die andere landen wel kernwapens hebben en jij niet? ben je Israël? Dan roep je het recht op zelfbeschikking in om die nucleaire installaties van Iran te bombarderen.
  Al die mooie waarden en principes gebruiken we vaak als retorische schilden om onze positie te verdedigen. Als een troefkaart die we triomfantelijk op tafel smijten wanneer onze andere kaarten niet veel voorstellen. Toen in een onderzoek voorstanders van het homohuwelijk te horen kregen dat de kinderen uit zo'n huwelijk vaak minder gelukkig zijn dan kinderen uit een huwelijk tussen man en vrouw, vonden ze dat het geluk van die kinderen niet doorslaggevend was. Nee, het draaide om waarden: het recht om te trouwen met wie je wil, onafhankelijk van je geaardheid. Aan tegenstanders van dat homohuwelijk vertelden de onderzoekers dat kinderen uit een huwelijk tussen twee mannen of vrouwen even gelukkig waren als kinderen uit een traditioneel huwelijk. Ook die tegenstanders vonden het geluk van die kinderen niet de belangrijkste factor. Ook zij riepen een hoger principe in om hun positie te verdedigen: et heilige verbond tussen man en vrouw.

Pas dus op met dure woorden. Gebruik ze niet om te verdoezelen dat je nauwelijks goede argumenten hebt. En als je tegenstander ze inzet, vraag haar dan om te verduidelijken wat ze ermee bedoelt. Vrijheid klinkt als iets waar je niet tegen kunt zijn. Maar als een bedrijfsleider vol vuur pleit voor meer vrijheid bedoelt ze misschien wel de vrijheid om zoveel mogelijk winst te maken zonder rekening et houden met de veiligheid of het milieu. Voor een fervente rookster betekent vrijheid vaak haar recht om overal en zonder rekening te houden met de omstaanders een sigaret op te steken. Ook 'onze waarden en normen' klinkt als iets waarvoor het waard is om te vechten. Maar als politici het hebben over waarden en normen bedoelen ze meestal gewoon onze groep. (pagina 122-123)

Voorpublicatie: Weet dat je te weinig weet – zo bestrijd je je innerlijke hokjesmens (De Correspondent, 12 september 2018)

Lees ook: Oogklepdenken : waarom we allemaal idioten zijn (uit 2012) en Waarom iedereen altijd gelijk heeft (uit 2016)

Terug naar Overzicht alle titels

zondag 9 september 2018

David Christian


Big history : het waanzinnige wetenschappelijke ontstaansverhaal van de mens, de wereld en het universum

Maven 2018, 416 pagina's € 24,99

Oorspronkelijke titel: Origin story : a big history of everything (2018)

Wikipedia: David Christian (1946) & Big history project

Korte beschrijving
David Christian is de ‘vader’ van wat tegenwoordig ‘big history’ heet, een poging om de grote vragen van de mens: waar kom ik vandaan, waarom ben ik hier, waar ga ik heen, te verklaren aan de hand van wetenschappelijke theorieën. Dit boek is de weerslag van de kennis die hij de afgelopen dertig jaar over dit onderwerp verzameld heeft. Het is een beschrijving van de geschiedenis van de mens, vanaf de oerknal, zo’n 13,8 miljard jaar geleden. Aan de hand van acht omslagpunten vertelt de auteur op levendige wijze over het ontstaan van het heelal, de vorming van sterren en sterrenstelsels, de geboorte van atomen en moleculen, het ontstaan van leven, de geboorte van de mens, het ontstaan van de agrarische samenleving en het ontstaan van de industriële samenleving. De auteur had graag nog een negende omslagpunt beschreven: de duurzame samenleving, maar helaas zijn we nog niet zover. Wel hoopt de auteur een bijdrage te hebben geleverd aan ons besef dat we verantwoordelijk zijn voor de toekomst van onszelf en de Aarde waarop we leven.

Tekst op website uitgever
Wat zou er gebeuren als we al onze huidige wetenschappelijke kennis zouden samenvoegen tot één samenhangend verhaal over onszelf en onze plek in het universum? Dit was het uitgangspunt van David Christian bij het creëren van een totaal nieuw wetenschapsveld: big history. Wetenschappers uit verschillende disciplines (zoals sterrenkunde, geologie, psychologie, biologie, geschiedenis en vele andere) werkten intensief samen om het allesomvattende en meeslepende verhaal van onze ontstaansgeschiedenis te reconstrueren.

Het leidde tot dit boek, waarin we via 8 kritieke omslagpunten die de wereld hebben gevormd worden meegenomen door de afgelopen 13,8 miljard jaar. Oftewel, dankzij Big History wordt het grote plaatje nu voor het eerst zichtbaar. Dit boek maakt het mogelijk om te bevatten wie we zijn, waar we vandaan komen én wat ons te wachten staat.

Van de big bang tot de eerste sterren, ons zonnestelsel, leven op aarde, dinosauriërs, homo sapiens, landbouw, ijstijden, keizerrijken, fossiele energie, een maanlanding en globalisering, en wat ons nog te wachten staat.

David Christian is directeur van het Big History Institute en hoogleraar moderne geschiedenis. Hij is de grondlegger van het nieuwe vakgebied big history en richtte het Big History Project op, dat online een gratis lesprogramma aanbiedt voor scholen over de hele wereld. Naast zijn academische werk is hij ook een graag geziene spreker bij TED en het World Economic Forum.

Blurbtekst in het boek
Ik heb dit boek geschreven in het optimistische geloof dat wij, moderne mensen, niet veroordeeld zijn tot een permanente toestand van verdeeldheid en zinloosheid. Binnen de creatieve wervelwinden van dit moderne tijdperk begint zich een nieuw, mondiaal ontstaansverhaal af te tekenen dat even rijk is aan betekenis, grootsheid en mysteriën als alle traditionele scheppingsverhhalen, maar dat gebaseerd is op moderne wetenschappelijke kennis uit tal van disciplines. Dat verhaal is bij lange na niet compleet, en misschien is het nodig er inzichten uit oudere ontstaansverhalen in op te nemen, met name over de vraag hoe men een goed en verantwoord bestaan kan leiden. Maar het is de moeite waard er kennis van te nemen, omdat het gebaseerd is op een mondiaal erfgoed van grondig gecontroleerde kennis en informatie, en omdat het het eerste ontstaansverhaal is dat menselijke samenlevingen en culturen van over de hele wereld betreft. Het is een collectief wereldomspannend project, een verhaal dat evengoed van kracht is in Buenos Aires als in Beijing, en evengoed in Lagos als in Londen.

Fragment uit (het) Voorwoord
Maar de steeds frequentere interculturele contacten van de laatste paar eeuwen hebben duidelijk gemaakt hoe diep alle ontstaansverhalen en religies verweven zijn met hun omgeving en met plaatselijke gebruiken. Dat verklaart waarom de globalisering en de verbreiding van nieuwe ideeën het vertrouwen in traditionele kennis hebben doen afnemen. Zelfs oprechte gelovigen hebben gemerkt dat er tal van ontstaansverhalen bestaan, waarin heel verschillende dingen beweerd worden. Bij sommigen heeft dat ertoe geleid dat ze de tradities van hun eigen religie, stam of natie met kracht of zelfs met geweld zijn gaan verdedigen. Maar velen hebben daardoor gewoonweg hun geloof en hun overtuiging verloren, en daarmee ook hun houvast, het gevoel dat ze een bepaalde plaats innamen in het universum. Dat teloorgaan van geloof en vertrouwen biedt mede een verklaring voor de alom gevoelde anomie, het gevoel van doelloosheid, betekenisloosheid en soms zelfs van wanhoop, dat ten grondslag ligt aan veel twintigste-eeuwse literatuur, kunst, filosofie en wetenschappelijke denkbeelden. Voor velen bood het nationalisme aanvankelijk een zekere geborgenheid, maar in de wereld van vandaag, waarin iedereen onderling verbonden is, is het duidelijk dat nationalisme een splijtzwam is die de mensheid verdeelt, ook al is het voor burgers binnen een bepaald land een bindende factor.
  Ik heb dit boek geschreven in het optimistische geloof dat wij, moderne mensen, niet veroordeeld zijn tot een permanente toestand van verdeeldheid en zinloosheid. Binnen de creatieve wervelwinden van dit moderne tijdperk begint zich een nieuw, mondiaal ontstaansverhaal af te tekenen dat even rijk is aan betekenis, grootsheid en mysteriën als alle traditionele scheppingsverhalen, maar dat is gebaseerd is op moderne wetenschappelijke kennis uit tal van disciplines. Dat verhaal is bij lange na niet compleet, en misschien is het nodig er inzichten uit oudere ontstaansverhalen in op te nemen, met name over de vraag hoe men een goed en verantwoord bestaan kan leiden. Maar het is de moeite waard er kennis van te nemen, omdat het gebaseerd is op een mondiaal erfgoed van grondig gecontroleerde kennis en informatie, en omdat het het eerste ontstaansverhaal is dat menselijke samenlevingen en culturen van over de hele wereld betreft. Het is een collectief wereldomvattend project, een verhaal dat evengoed van kracht is in Buenos Aires als in Beijing, en evengoed in Lagos als in Londen. Op dit moment leggen veel wetenschappers en onderzoekers zich toe op de opwindende taak dit moderne ontstaansverhaal uit te breiden en uit te te dragen, vanuit de gedachte dat het ons tot leidraad kan dienen en ons het gevoel kan geven een gemeenschappelijk doel te hebben, net zoals andere scheppingsverhalen. Alleen betreft dat nu niet een bepaalde groep, maar de hele moderne, geglobaliseerde wereld. (pagina 10-11)


Dit boek heeft een link met De ontdekking van de aarde : het grote verhaal van een kleine planeet van geoloog Peter Westbroek uit 2012 en De geschiedenis van de vooruitgang van historicus Rutger Bregman uit 2013.

Website Big history project

Terug naar Overzicht alle titels

woensdag 5 september 2018

Willem Middelkoop & Tom Dollee

Patronen van bedrog : niets is wat het lijkt

Amsterdam University Press 2018, 316 pagina's - € 22,99

Wikipedia: Willem Middelkoop (1962)

Korte beschrijving
De auteurs van onder meer de in zeven talen uitgekomen 'Als de dollar valt' (2007) en 'De Tesla-revolutie' (2016) laten de onthutsende achtergrond zien van de westerse machtsstructuren en de rol van Amerikaanse grote bedrijven; de rol van de Deep-State (zij die het werkelijk voor het zeggen hebben door valse informatie te verschaffen en anderszins te manipuleren) en de verwevenheid met de Amerikaanse overheid en met het State Department en de CIA daarmee. Aan de orde komen onder meer hun rol bij Gladio (bron van terroristische aanslagen), IS, monetaire politiek (hegemonie van de dollar), het beïnvloeden van de media, het beïnvloeden van de bevolking door terreuraanslagen, het verdienen aan ontwikkelingshulp, hun rol bij het IMF, hun economische oorlogsvoering etc. alsmede de meer dan een eeuw oude geschiedenis hiervan. Ook Amerikaanse kranten publiceren hierover. Duidelijk taalgebruik. De bronvermeldingen blijken betrouwbaar. Een complottheorie? De invloed van het 'old-boys'-netwerk Skull and Bones van Yale University lijkt wat overdreven, maar... Voorzien van enkele bijlagen en een literatuurlijst.

Fragment uit hoofdstuk 5. De CIA en de geschiedenis van regime change
42. Waarom wordt de VS desondanks als vredesstichter gezien?
Dat begrijpen we inderdaad ook niet. Na George Bush jr. werd Barack Obama in 2009 de 44e president van de Verenigde Staten. Voor het eerst in de geschiedenis was er een gekleurde president gekozen, op basis van zijn 'verandering'- en 'hoop'-campagne, waarvoor hij binnen een jaar al de Nobelprijs voor de Vrede ontving. Het juryrapport sprak hoopvolle woorden:
"Slechts zelden heeft een persoon tot op dezelfde hoogte als Obama de aandacht van de wereld weten te trekken en de mensen hoop gegeven voor ene betere toekomst."
Maar ook Obama slaagde er helaas niet in een wezenlijke verandering in het Amerikaanse buitenlandbeleid te realiseren. De macht va The Deep State binnen de Amerikaanse overheidsstructuren zorgde voor het voortzetten van het agressieve buitenlandse beleid. Vooral in het Midden-Oosten werd flink thuisgehouden. Als een van zijn laatste daden als president, ondertekende Obama hoogstpersoonlijk voor een verhoging van het defensiebudget tot ruim 600 miljard dollar, een bedrag dat bijna even hoog is als de defensiebudgetten van alle andere landen samen. Onder zijn regime werden in 2016, het laatste jaar van zijn presidentschap, ruim 26.000 bommen afgeworpen. De meeste daarvan kwamen terecht op zeven landen: Irak, Afghanistan, Pakistan, Jemen, Somalië, Libië en uiteindelijk Syrië. Allemaal landen die geen enkele bedreiging vormden voor Amerika. Sinds al die Amerikaanse inmenging is er in het Midden-Oosten sprake van een humanitaire ramp die tientallen miljoenen treft en een immense vluchtelingenstroom op gang heeft gebracht die zijn weerga niet kent. Opnieuw speelden Europese landen, zoals Nederland, het Amerikaanse spel mee, zonder te beseffen dat ze daarmee mede hun eigen vluchtelingencrisis veroorzaakten. (pagina 146-147)

Terug naar Overzicht alle titels


John Bargh

Het verborgen brein : hoe het onbewuste ons gedrag bepaalt

Hollands diep 2018, 463 pagina's - € 24,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Oorspronkelijke titel: Before you know it : the unconscious reasons we do what we do (2017)

Wikipedia: John Bargh (1955)

Korte beschrijving
De Amerikaanse hersenwetenschapper dr. John Bargh (1955) is een expert op het gebied van het onbewuste brein en weet de lezer mee te nemen langs invloedrijke psychologische krachten die aan het werk zijn tijdens alle aspecten van ons dagelijks leven. Het gaat om een wereld die bestaat achter de oppervlakte van het bewustzijn. In zijn laboratoria wordt door revolutionair researchwerk duidelijk gemaakt hoe het onbewuste een grote rol speelt bij ons denken, voelen en gedrag. Deze inzichten zijn van grote betekenis voor ons dagelijks leven. De grote waarde van deze uitgave is dat het duidelijk een reactie is op de vaak nogal negatieve opvattingen van Freud over het onbewuste. Bargh wijst op een nieuw onbewustzijn, dat een helpend en krachtig deel van de geest is waartoe we toegang kunnen krijgen en dat we beter kunnen begrijpen. Tussen alle psychologieboeken is deze publicatie buitengewoon belangrijk. Het gaat immers om een nieuwe wetenschap van het onbewuste waarmee vele mythen uit de weg worden geruimd. Met notenapparaat, literatuurlijst en register; geen illustraties.

Fragment uit hoofdstuk 4. Het leven ebt na
Net als bij andere hiervoor beschreven doorwerkeffecten van recente gedachten en ervaringen treedt het referentie-effect onbedoeld en onbewust op. Kahneman wijst erop dat dit zelfs gebeurt in zeer belangrijke situaties waarbij het om getallen draait, zoals bij prijsonderhandelingen voor diensten en producten, het bepalen van de hoogte van een schadevergoeding in rechtszaken en schattingen van toekomstige verdiensten of verkopen. Zelfs absurde getallen kunnen in je hoofd blijven zitten en een doorwerkeffect hebben, zoals bij een onderzoek waarbij de deelnemers eerst lazen dat Mahatma Gandhi een miljoen jaar oud was geworden. Zoals Kahneman zegt, je hebt 'geen controle over het effect en je hebt er geen erg in dat het optreedt. De deelnemers die willekeurige of absurde referenties voorgeschoteld hebben gekregen [...] ontkennen stellig dat deze duidelijk nutteloze informatie van invloed kan zijn geweest op hun schatting, en ze hebben het mis.'
  Gezien dit krachtige effect van numerieke referenties op ons gedrag vraag ik me af of, als verder alles gelijk is, mensen op Interstate 95 over het algemeen harder rijden dan op Interstate 40 (daar zou iemand onderzoek naar moeten doen). Ik begin hierover, zodat ik een excuus heb om te vertellen over de drie oude dames die op een autoweg door de politie worden aangehouden omdat ze te langzaam rijden. Achter hen heeft zich een kilometerslange file gevormd. 'Maar agent', werpt de chauffeur tegen, 'het bord gaf een maximumsnelheid van 60 kilometer aan.'
  De agent grinnikt. 'Nee, mevrouw, dit is de Highway 60, de maximumsnelheid is 120 kilometer per uur.' Dan werpt hij een blik op de achterbank en ziet daar twee passagiers zitten, bleek en met opengesperde ogen, zwaar ademend en hevig zwetend. 'Wat is er mis met uw vriendinnen achterin, mevrouw?' vraagt hij aan de chauffeuse. 'O, niks aan de hand, hoor,' zegt ze. 'We komen zojuist van Highway 183.' (pagina 168-169)


Terug naar 

Terug naar Overzicht alle titels

Michiel van Straten

Dagelijks irrationeel : over de psychologie van zelfbedrog

Spectrum 2018, 272 pagina's - € 19,99

Website Michiel van Straten (1963)

Korte beschrijving
Mensen maken keuzes waarvan ze denken dat die afgewogen zijn, maar in werkelijkheid laten we ons steeds beïnvloeden door irrationeel gedrag. Hier liggen psychologische krachten aan ten grondslag, die onschuldige maar ook gevaarlijke consequenties kunnen hebben. De auteur, wetenschapsjournalist, laat zien hoe we omgaan met discriminatie, verantwoordelijkheid nemen, financiële beslissingen, groepsdruk, functionele goedpraterij, geheugenillusie en meer psychologische verschijnselen. Per hoofdstuk wordt een psychologisch fenomeen uitgediept. Eerst wordt een inleiding gegeven, daarna worden wetenschappelijke experimenten uit de sociale psychologie beschreven en worden verklaringen voor het menselijk gedrag gegeven. Daarna analyseert de auteur actuele gebeurtenissen met behulp van deze academische inzichten en geeft ze toegankelijk weer. Als lezer word je nieuwsgierig naar deze verhalen. Het boek is geschreven in een heldere, duidelijke en prettige stijl. Een boek, dat wetenschappelijk is onderbouwd vanuit de sociale psychologie. Met eindnoten, een literatuuroverzicht en register.

Fragment uit Onbewezen waarheden
Wishful thinking
Volgens evolutionair bioloog Richard Dawkins biedt religie naast troost en saamhorigheid ook nog de bevrediging van het verlangen om de wereld te begrijpen. Mensen hebben moeite met toeval, onverklaarbaarheid. We hebben liever de beschikking over een verhaal om uit te putten, om de gebeurtenissen te kunnen duiden. Die hang naar controle is herkenbaar uit de experimenten aan het begin van dit hoofdstuk. Dat mensen die verhalen vervolgens voor waar aannemen is een misvatting, volgens Dawkins. Betekenis wordt verward met waarheid - de wens als vader van de gedachte. In hun boek Dat kan geen toeval zijn schrijven de auteurs: 'We zien de wereld graag als een plek waar alles met alles te maken heeft, ook al moet die relatie daarvoor de natuurwetten overstijgen.' We zijn vatbaar voor de zogenaamde oorzakelijkheidsillusie, de denkfout die ons patronen en oorzaak--gevolgrelaties doet zien die er in werkelijkheid helemaal niet zijn. 'Op die manier wordt de wereld een magische plek.' Als je er oog voor hebt zie je dat deze fout vaak gemaakt wordt, zoals door mensen die zo'n  verhaal als bewijs gebruiken voor het bestaan van God. Zo zegt bijvoorbeeld filosoof André Klukhuhn het prettig te vinden om geen enkele waarheid uit te sluiten. 'Dat houdt de wereld aangenaam. (...)Als je de hele dag roept dat je een onbetekenend stofje bent, dan doe je toch niets meer?'
  Als alles een oorzaak moet hebben, moet het bestaan van ons, de aarde en de kosmos uiteindelijk ook één allesverklarende oorzaak hebben waarin alles samenkomt, kan dan de gedachte zijn. Vaak wordt dit kosmologische argument, zoals het in de theologie en de filosofie wordt genoemd, gebruikt als godsbewijs. (Critici wijzen vervolgens op de zwakke plek in dat kosmologische argument als godsbewijs: als alles een oorzaak moet hebben, en je noemt die oorzaak god, wat was dan de oorzaak van het bestaan van god?0 (pagina 205-206)

Terug naar Overzicht alle titels

dinsdag 4 september 2018

Richard Thaler

Misbehaving : hoe we de gedragseconomie uitvonden

Business Contact 2018, 416 pagina's - € 24,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Oorspronkelijke titel: Misbehaving : the making of behavioural economics (2015)

Wikipedia: Richard Thaler (1945)

Korte beschrijving
De Amerikaanse auteur ontving in 2017 de Nobelprijs Economie voor de door hem ontwikkelde gedragseconomie. Al decennia lang is hij een van de belangrijkste trekkers van deze vernieuwing in de economische theorie, die inzichten uit de psychologie toepast op de economische besluitvorming, waardoor de kloof tussen theorie en realiteit wordt verkleind. De auteur beschrijft de lange ontdekkingstocht vanaf de jaren zeventig die hij samen met andere wetenschappers maakte op weg naar een economische theorie waarin psychologische eigenschappen een essentiële rol vervullen: er is sprake van beperkte rationaliteit, sociale voorkeuren en een gebrek aan zelfbeheersing. Oftewel een homo economicus die veel meer lijkt op de échte mens dan tot voor kort gebruikelijk in de economische wetenschap. Het boek laat de gedachte-ontwikkeling zien, evenals de moeite die het heeft gekost om deze geaccepteerd te krijgen. Mede dankzij vele anekdotes is het een plezierig lezend en goed gedocumenteerd verhaal over een essentiële ontwikkeling in de moderne economie.

Tekst op website uitgever
Nobelprijswinnaar Richard Thaler vertelt in ‘Misbehaving’ het verhaal van drie wetenschappers die in een gezamenlijke queeste de economie op haar kop zetten en vrienden werden voor het leven. Toen in de jaren zeventig economie als een harde wetenschap werd geprofileerd, rebelleerde een klein groepje wetenschappers hiertegen. Zij stelden dat er een belangrijk ding over het hoofd werd gezien in de economie: de mens. Thaler, Kahneman en Tversky legden de basis voor wat we nu de gedragseconomie noemen. ‘Misbehaving’ is een persoonlijk verhaal, doorspekt met prachtige anekdotes en leerzame voorbeelden uit het dagelijks leven. De leukste manier om iets te leren over gedragseconomie.

Fragment uit 18. Anomalieën
Een belangrijk aspect van Thomas Kuhns model van wetenschappelijke revoluties dat ter sprake kwam aan het einde van de conferentie in Chicago, is dat paradigma's pas veranderen als de deskundigen overtuigd zijn van het bestaan van een groot aantal anomalieën die zich binnen het huidige paradigma niet laten verklaren. Een handvol her en der aangetroffen onverklaarde feiten is niet voldoende om algemeen aanvaarde kennis en inzichten op hun kop te zetten. Deze conferentie was niet de eerste keer dat het verband tussen Kuhns ideeën en wat ik probeerde te bereiken bij me was opgekomen, maar tot dan toe had ik daar alleen in het geniep over nagedacht. Tot voor kort was ik nog gezien als iemand die zich in het 'veelbelovende' stadium van zijn carrière bevond, en dus zou het brutaal, onfatsoenlijk en zelfdestructief zijn gevonden als ik over mijn eigen werk  sprak als iets wat deel kon uitmaken van een 'revolutie'. Mijn doel was veel bescheidener. Ik wilde gewoon nog wat artikelen gepubliceerd zien te krijgen, en op die manier de grondslag te leggen voor een overtuigend betoog dat het de moeite was om iets van psychologie toe te voegen aan de economische wetenschap. Ik had Kuhns baanbrekende boek The Structure of Scientific Revolutions echter wel degelijk gelezen en me heimelijk afgevraagd of zich binnen de economische wetenschap een soort paradigmaverschuiving zou kunnen voordoen.
  Een paradigmaverschuiving is een van de zeldzame, uiterst ingrijpende omwentelingen in de wetenschap waarbij een substantiële breuk wordt geforceerd met de wijze waarop het onderzoeksgebied tot dan toe gegroeid is, en een nieuwe richting wordt ingeslagen. De copernicaanse revolutie, die de zon in het midden van het zonnestelsel plaatste, is misschien wel het beroemdste voorbeeld. Die heeft het ptolemeïsche model vervangen, waarin alle voorwerpen in ons zonnestelsel om de aarde draaiden. (pagina 187)

Lees vooral ook: Ons feilbare brein van Daniel Kahneman (uit 2011)

Terug naar Overzicht alle titels