donderdag 20 maart 2025

Ignaas Devisch 2

Vuur : een vergeten vraagstuk
De Bezige bij 2021, 262 pagina's  € 23,99

Lenen als E-book via bibliotheek.nl

Wikipedia: Ignaas Devisch (1970)

Korte beschrijving
In 'Vuur' levert Devisch een vurig pleidooi voor het verruilen van fossiele energie voor alleen maar zonne-energie. Daarvoor biedt de zon ons ruimschoots voldoende energie. In vijf hoofdstukken schrijft hij een filosofisch vervolg op het gelijknamige boek van de socioloog Goudsblom, dat hij ook noemt. Uitgangspunt is hierbij het grotverhaal van Plato. De religieuze beleving van het vuur in het monotheïsme behandelt hij met gebruikmaking van vroeg-Bijbelse verhalen. In de Verlichting komt er een einde aan die mythisch-religieuze beleving, de mens kan het vuur technisch beheersen. Dan volgt de negatieve zijde van de zaak, de uitputting van de fossiele energie en de milieuproblematische aspecten van het overmatige gebruik ervan. Er is een beweging die streeft naar een calvinistische soberheid in het energieverbruik, maar Devisch betoogt dat we volop kunnen genieten van de zonne-energie, mits de ingenieurs maar methoden vinden om die energie op te vangen, op te slaan en te geleiden. Een uiterst boeiend en verrassend boek!

Fragment uit hoofdstuk 10. Een nieuwe vuurnarratief

'Vuur ligt aan de basis van de levende wereld. We hebben behoefte aan een theorie die van hieruit vertrekt. Een collectief narratief. Dit vereist een besef van hoge urgentie.' (Christopher Pyne, Fire in the Mind)

De aarde is geen moeder

Het moeder 'Mother's Little Helper' van The Rolling Stones beschrijft het leven van een moeder die het niet meer aankan. Kinderen zijn niet meer wat ze vroeger waren, koken voor haar man lukt haar nauwelijks meer, en dus grijpt ze terug naar the 'little yellow pill' die haar helpt de drukke dag door te komen. Het beeld van een moeder die onder de last kreunt lijkt verdraaid veel op het lot van 'Moeder Aarde'. Ze zou het eveneens moeilijk hebben en om steun smeken. Als brave kinderen moeten we onze moeder te hulp schieten.
  Die goedbedoelde acties zijn nobel, maar gaan uit van het verkeerde beeld. De wereld is geen moeder en de metafoor van een zorgende instantie klopt niet. De aarde bekommert zich niet om haar kroost en vraagt zich niet af of haar kinderen wel voldoende te eten hebben, op tijd naar bed gaan en niet morsen aan de keukentafel. Ze trekt zich niets aan van de mensen en stuurt geen signalen - zoals virussen - op ons af omdat wij ons slecht zouden gedragen. Als wij morgen met z'n allen ten onder gaan wordt daar niet om getreurd. We zullen er eenvoudigweg niet meer zijn. Punt. De aarde was er voor ons en zal na ons voortbestaan. Bovendien: ze overstijgt in vele opzichten onze mogelijkheden. Wij zijn eenvoudigweg niet in staat de wereld om zee te brengen. We kunnen onszelf vernietigen, het klimaat ontregelen en zelfs kunstmatige aardschokken veroorzaken, maar daar blijft het wel zo ongeveer bij. Ik bagatelliseer uiteraard niets uit dit lijstje, en we moeten vooral niet lichtzinnig denken over ons gedrag. Wij zullen echter als gevolg van carbonisatie of andere vervuilende activiteiten eerder onszelf kapotmaken dan de planeet.
  Dus ja, natuurlijk maakt het een (materieel) verschil uit voor de wereld of wij er zijn of niet. We hebben nu eenmaal een grote impact. Doen alsof er eerst een harmonie bestond die wij hebben verstoord is echter een foute voorstelling van zaken. Ook zonder ons was en zal de natuur niet harmonieus zijn.
  In een lezing beargumenteerde filosoof Slavoj Žižek het zo: in vergelijking met de ecologische rampen die nodig zijn geweest om te komen tot de vorming van fossiele afzettingsgesteenten op aarde vallen onze activiteiten in het niet. Žižek betwist in het verlengde hiervan het idee 'natuur' omdat er niet zoiets bestaat als een natuurlijke orde die volkomen in balans zou zijn met zichzelf. Hij spreekt over natuur als een 'opeenvolging van onvoorstelbare ecologische rampen'.  Er zijn ijstijden geweest, talloze vulkaanuitbarstingen en aardbevingen en door de evolutie heen zijn er heel wat soorten uitgestorven doordat ze zich niet langer konden aanpassen aan hun omgeving. De natuur kent geen wederzijds respect of een 'after you, sir'-principe. Dat maakte Charles Darwin in de negentiende eeuw al duidelijk: de wereld is er, zomaar, zonder doel of blauwdruk. David Deutsch ten slotte beschrijft in zijn boek The Beginning of Infinity : Explanations That Transform the World de biosfeer als een ronduit gewelddadig podium waarop organismen voortdurend op de rand van de afgrond staan. Daar zit een bepaalde evolutionaire logica achter, die verre van vreedzaam is. 
  De premisse bij heel wat ecologische discussies is echter dat de natuur symbool staat voor een soort 'beste van alle mogelijke werelden' die door een schuldig wezen - de mens - gecorrumpeerd is. Vervolgens zouden wij onze hoogmoed moeten laten varen en ons bescheiden opstellen, waarna alles weer goedkomt. Tegen dit beeld gaat Žižek terecht flink tekeer. Wij kunnen natuurlijk zin toekennen aan de wereld en haar 'natuur' of Moeder Aarde' noemen, maar dat is mensenwerk - zoals de opwarming van de aarde dat ook (deels) is. Vervolgens stelt Žižek dat de verandering van de wereld niet alleen het werk is van de mensensoort en er bijgevolg nooit een oorspronkelijke staat van harmonie heeft bestaan. De natuur is een diffuus theaterstuk waarin miljoenen dieren, bacteriën, planten en andere organismen strijden om te overleven. Daarbovenop zijn er tijdens de lange geschiedenis van onze planeet al talloze rampen geweest die de huidige klimaatopwarming qua impact vele malen overtreffen. Zoals Maarten Boudry  terecht opmerkt: 'Mensen vergeten dat de natuur haar duivel ook ontbindt zonder klimaatopwarming, door vulkaanuitbarstingen, orkanen, aardschokken en tsunami's.' (pagina 191-193)

Lees ook: We informeren ons kapot : pleidooi voor onwetendheid (uit 2024)

Terug naar Overzicht alle titels


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen