Atlas Contact 2020, 239 pagina's - € 21,99
Wikipedia: Merlijn Twaalfhoven (1976)
Korte beschrijving
Twaalfhoven komt op voor een onconventionele aanpak van kunst. Muziek bv. is niet voor muffe concertzalen, je moet durven muziek uit de concertzalen te halen. Je mag kunst ook niet louter aan professionals toevertrouwen: het publiek moet bij zichzelf een kunstenaarsmindset activeren. De auteur richt zich bewust tot zijn publiek. Hij roept het op tot een meer actieve rol. Dit verklaart de wat vreemde titel van het boek. Met deze instelling krijg je ook een andere kijk op de problemen van een snel veranderende wereld. Je leert in alles de alledaagse schoonheid waar te nemen. Na het waarnemen komt het voelen (hoofdstuk 2). Om creatief te kunnen zijn (hoofdstuk 4) moet je eerst nadenken (hoofdstuk 3) over wat je wat je precies wil bereiken. Het boek is ook een autobiografie en vertelt over de vele initiatieven en reizen, van Syrië tot Brazilië, van Bosnië tot Cyprus, die Twaalfhoven heeft gemaakt. De auteur noemt zichzelf een onverbeterlijke idealist. Hij wil niet alleen kunst op een hoger niveau tillen, maar ook de heersende patronen in de samenleving doorbreken.
Tekst op website uitgever
In ‘Het is aan ons’ laat Merlijn Twaalfhoven zijn licht schijnen op hoe kunst kan helpen de wereld te veranderen. Eenieder van ons kan bijdragen aan het oplossen van kleine en grote wereldproblemen. Hoe dat werkt, laat Merlijn Twaalfhoven zien in dit bevlogen en onverbloemd idealistische boek. Als componist en theatermaker organiseerde hij overal ter wereld onalledaagse, prikkelende voorstellingen. We reizen met hem mee, naar een vluchtelingenkamp in Jordanië, een huiskamerfestival in Jeruzalem, een oude fabriek in Zaandam, de Carnegie Hall in New York en een VN-conferentie in Alpbach. Onderweg wordt duidelijk waarom schoonheid en verwondering een plek verdienen in ons dagelijks leven. Merlijn Twaalfhoven spoort ons aan de creatieve, speelse en onderzoekende houding die hij ‘de kunstenaarsmindset’ noemt, wakker te schudden. Aanstekelijk en praktisch laat hij zien hoe we die kunnen inzetten voor een betere wereld. We hebben het allemaal in ons om iets van waarde te maken - en als we onze krachten bundelen, maken we het verschil. Het is aan ons!
Fragment uit 25. De wereld is ons toneel
Ja, de wereld is ons toneel
De vraag is: wie laten we daar het woord voeren? Zodra mensen het idee krijgen dat we met 'kunst' bezig zijn, ontstaat er een soort aarzeling, een respect voor de kunstenaar. En daarmee ontstaat ook een afstand. Het lastige is dat die afstand toeneemt naarmate we beter georganiseerd werden. Dan komen mensen minder vaak met hun eigen idee, maar vragen me: wat kan ik voor je doen? Op dat moment is het zaak om iets te vinden wat de heiligheid van kunst doorbreekt. Ik vraag dan bijvoorbeeld wat mensen graag eten. En of ze misschien een familielid hebben die muziek kan maken en mee wil spelen. Eens nam een jongen me mee door tal van kleine steegjes naar een huis waar een oom woonde die schildert. Maar die schilderijen waren niet om aan te zien. Omdat de jongen zo fijn aan het vertellen was, vroeg ik hem om een gids te worden en publiek te begeleiden. Hij werd zo zelf deel van een groter verhaal dat we samen konden vertellen.
Een artistiek idee kan een mooi begin zijn, de aanzet van een gedachte die verfrissen of opwekkend is. Maar als je echt aan een ideaal wil werken, zul je medestanders moeten vinden, krachten moeten bundelen en niet langer zelf de eigenaar van een idee of plan kunnen zijn. Het ware kunstwerk is dan niet de voorstelling, het beeld of het schilderij, maar de alchemie van het leggen van nieuwe verbintenissen.
In Jeruzalem vonden we de verwondering op plekken die hard geworden waren. Ik zou willen dat we overal aan de slag konden, op al die plekken waar mensen langs elkaar leven in stress of eenzaamheid, en waar we vergeten om nieuwsgierig te zijn naar elkaar
Er kan geen vrede worden gesloten met de ander zonder dat je die ander kent. Er is geen kennis zonder contact. Geen contact zonder dat je de ander kunt zien. En je kunt niet zien als je nergens voor openstaat. In een onveilige wereld is het moeilijk om open te zijn, en zo kwamen we uit bij de vraag: hoe zouden wij ene veilige plek kunnen scheppen in een plek zonder vrede?
Het is niet makkelijk, maar altijd mogelijk. Ook in Jeruzalem vonden we beschutte plekken die speelruimte konden bieden. Ik maakte een zangstuk met Samira, de Nederlands-Marokkaanse zangeres, en het koor van een muziekschool midden in de Oude Stad. We zongen buiten op de binnenplaats van het franciscaner klooster. Tien minuten klonken stemmen, melodieën en zachte akkoorden. Toen de stilte viel, de laatste klanken vervlogen in de avond, luidde de bel van de kloosterkerk. Er was geen beweging, elk van ons hield de adem in. We waren overdonderd door het plotselinge uitbundige antwoord dat de stad ons gaf. Deze klok luidt elke avond, wellicht meerdere keren op een dag. Het hoort bij de dagelijkse gang van zaken en versmelt met de andere geluiden van de stad. Niets bijzonders, behalve vandaag. (pagina 185-187)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen