donderdag 23 december 2021

Jo Caudron

De wereld is rond : een optimistisch masterplan voor de transformatie van business en maatschappij
Pelckmans 2021, 304 pagina's € 30,--

Winnaar Managementboek van het Jaar 2020 (juryrapport)

Korte biografie van Jo Caudron (1968)

Korte beschrijving
Jo Caudron (1968, Belgische internetpionier en -consultant) stond aan de wieg van internetontwikkelingen, heeft IT-ondernemingen opgericht en is nu transformatiestrateeg. In dit boek beschrijft hij vanuit zijn ervaring en de geschiedenis welke ontwikkelingen de samenleving door IT en kunstmatige intelligentie heeft ondergaan en te wachten staan. Door de extreme verknooptheid van internet acht hij kansen op een alomvattende crash met enorme gevolgen reëel. Hij beschrijft de alternatieven en komt tenslotte uit op een wereldomvattend net van geheel zelfstandige kleine netwerken die niet vatbaar zijn voor crashes of problemen bij andere deelnemers. Deze digitale dorpen (urban villages) omspannen de ronde Aarde. Dit goed doordacht geschreven boek, alleen ontsloten door een inhoudsopgave en zonder bronvermeldingen, is vooral van belang voor wie – op welk vlak ook – betrokken is bij ontwikkelingen in de relatie technologie versus mens en maatschappij. In deze herdruk zijn opmerkingen van lezers van de eerste druk verwerkt, evenals actuele ontwikkelingen, onder meer betreffende corona. Gebonden uitgave met leeslint.

Tekst op website uitgever
Al meer dan twintig jaar veranderen sectoren onder impuls van digitale disruptie. Banken, retailers, de media, taxibedrijven en zovele andere organisaties ervaren vandaag de kracht van digitalisering en de uitdagingen die ermee gepaard gaan. Alle sectoren bevinden zich in hun eigen storm, waarbij digitale krachten hen dwingen om een nieuwe positie in te nemen. Maar wat als dat slechts het begin is? Wat als het onvoldoende blijkt om alleen vanuit de eigen industrie op zoek te gaan naar een toekomstgericht transformatieplan? Wat als onze maatschappij zelf in de kern verandert, deels door digitalisering, maar evengoed door grote vraagstukken over de toekomst van werk, wonen, mobiliteit, klimaat, gezondheid, onderwijs, globalisering, bevolking aangroei en zelfde de problematiek van langer leven? In deze nieuwe editie van De wereld is rond gaat Jo Caudron verder op zoek naar de verbanden tussen elk van deze maatschappelijke transformaties. Hij komt daarbij tot de conclusie dat ze samen een metastorm vormen, een alles overstijgende reeks van met elkaar verweven perfecte stormen. Deze metastorm heeft een impact op elke beslissing die we als bedrijf, beleid of individu nemen. In de nasleep van de coronacrisis onderzoekt de auteur in welke mate de gevolgen van de pandemie als brandversneller fungeerden voor wereldwijd opflakkerende veranderingen. De wereld is rond is een optimistisch pleidooi om uitdagingen holistisch te benaderen en aan te pakken. Slagen we daarin, dan wacht ons een toekomst die meer dan de moeite waard is en waarin we beter gewapend zijn tegen de grote systeemschokken die ons nog te wachten staan. Jo Caudron is al jaren actief als digitaal ondernemer. Sinds tien jaar is hij transformatiestrateeg. Hij heeft verschillende boeken op zijn naam staan die allemaal een bron van inspiratie vormen voor individuen, bedrijven en beleidsmakers in deze transformatieve tijden.

Fragment uit 7. De Peak Stuff Economy revolutie
Peak Stuff

Er lijkt gelukkig een kentering op komst, in de vorm van Peak Stuff, een begrip dat weinigen kennen. De term is ontstaan naar analogie Met Peak Oil, wat het moment is waarop de maximale hoeveelheid olie wordt opgehaald, waarna de oliewinning voor altijd afneemt.

Peak Stuff wordt sinds enige tijd in economische kringen gebruikt voor het moment waarop we een maximaal aantal spullen bezitten, waarna het alleen nog vermindert. Ikea heeft al in 2016 aangekondigd dat wat hen betreft dat moment is bereikt, hoewel dat uit de nog steeds toenemende consumptie niet direct als algemene trend blijkt. Toch is er een consensus dat we op een keerpunt staan en dat in de nabije toekomst het aantal spullen dat we individueel gaan bezitten, sterk zal verminderen.

Ten eerste heeft dit te maken met het dematerialiseren van de wereld. Onze smartphone heeft heel wat fysieke dingen compleet overbodig gemaakt en vervangen door één soort stuff die alle andere stuff vervangt. We kennen allemaal het lijstje wel: telefoon, fototoestel, videocamera, agenda, fotoalbum, kompas, GPS, spelconsole, barcodescanner (hadden we die vroeger dan?), klok, alarm, boeken, tv, videotheek, krant, magazine, kredietkaarten, cashgeld, boardingpassen, en zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan. Als we al die spullen op een hoop zouden leggen, zouden we onze hele keukentafel kunnen vullen. Voor velen is dat trouwens de legitimatie om zoveel geld te spenderen aan een smartphone. 

We zien dit uiteraard ook op het niveau van businessmodellen: vroeger hadden we een kast vol vinylplaten of cd's, tegenwoordig hebben we toegang tot muziek via, jawel, onze smartphone. We verzamelden elke week een meter papier aan kranten en reclame, die zijn nu vervangen door online nieuws - op, jawel, onze smartphone - en digitale banners. We gaven honderden euro's uit aan telkens nieuwe legodozen in de ter ziele gegane Bart Smit, nu geven kinderen datzelfde geld uit aan V-Bucks in Fortnite. Er wordt verwacht dat we bijna 200 miljard dollar gaan spenderen aan virtuele spullen in games tegen 2025. Dat is 200.000.000.000 dollar aan dingen die alleen bestaan op een server, maar waar mijn zoontje echt wel gelukkig van wordt.

En dan hebben we het nog niet over Web 3.0, de cryptowereld en de non-fungible tokens of NFT's, waarover de laatste tijd zoveel te doen is: het creëren van unieke, virtuele objecten die dan voor veel geld worden verhandeld. Zo werd in maart 2021 een virtueel kunstwerk van Beeple verkocht voor net gene 70 miljoen dollaar en slaagde Twitter-oprcihter Jack Dorsey erin om zijn allereerste tweet voor 2,9 miljoen dollar te verkopen aan een verzamelaar. Geen van deze dingen bestaan in de echte wereld (tenzij als bits en bytes), en toch worden zij stilaan deel van de echte economie. 

Een laatste drijvende kracht achter Peak Stuff is de cultuurverandering die we bij de nieuwe generaties beginnen te zien. Zij zijn opgegroeid in een wereld waarin ze de meeste materiële dingen hadden. Mijn kinderen zijn helemaal niet meer verwonderd wanneer er een nieuwe auto komt, een nieuw televisietoestel of iets anders materieels (hoewel de nieuwste smartphone toch nog enige deining kan veroorzaken). Zou het kunnen dat zij de aanwezigheid van stuff zo normaal vinden dat ze er veel minder om geven? Misschien is dan de drijvende kracht achter de opkomst van experiences, ervaringen, als het summum van beleving. De reden waarom we zonder te verpinken, vijfhonderd euro of meer uitgeven om naar Tomorrowland te gaan, de ultieme festivalbeleving als je van techno houdt. Na die experience is er niets materieels meer over, behalve je foto's in de cloud, maar dat is uiteraard ook honderd procent virtueel. (pagina 121-122)

Terug naar Overzicht alle titels


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen