Houtekiet 2021, 416 pagina's - € 24,99
Wikipedia: Dirk Verhofstadt (1955) en Johan Braeckman (1965)
Korte beschrijving
Het zal geen bevreemding wekken, dat dit eerste van twee boeken over menselijkheid begint met de evolutietheorie van Darwin. Johan Braeckman is immers bekend als een filosoof en ecoloog die deze theorie graag toelicht, onder andere in zijn 'Darwins moordbekentenis' (2001). Zijn gesprekspartner is moraalfilosoof Dirk Verhofstadt, die bij Braeckman promoveerde en vooral vragen stelt en thema’s aandraagt. Het tweede hoofdstuk gaat over de evolutie van de mens, het derde over religie, het vierde over irrationalisme en het vijfde en laatste over humanisme en atheïsme. Een boek dat veel vragen op kan roepen en waar veel kanttekeningen bij te plaatsen zijn. Dat is zowel de sterkte als de zwakte ervan (zo evident is het allemaal niet). Deel twee zal gaan over geweld, taal, moraliteit, kunst, vrije wil en de zin van het leven. Met eindnoten en register.
Tekst op website uitgever
In de zomerperiodes van 2020 en 2021 voerden Dirk Verhofstadt en Johan Braeckman wekenlang indringende gesprekken over diverse onderwerpen. De rode draad in hun conversaties is de vraag wat menselijkheid betekent. In dit boek behandelen ze fascinerende kwesties als de opkomst van Homo sapiens, Darwin en de evolutietheorie, irrationalisme, religie, humanisme en atheïsme. Vanaf welk moment in de prehistorie kunnen we spreken van een mens? Welke typische kenmerken heeft de mens? Vanwaar de spanning tussen rede en geloof? In 2022 verschijnt een tweede boek. Daarin bespreken ze de maakbaarheid van de mens, de vrije wil, de oorsprong van geweld, de relaties tussen mensen en dieren, en de zin en betekenis van het leven.
Fragment uit: I. Over Charles Darwin en het belang van de evolutietheorie
JBr: Wellicht is het zo dat de grote meerderheid van mensen, gelovigen maar ook ongelovigen, die 'harde les' waarover Dawkins het heeft, nog niet echt geleerd heeft. Of misschien wel, maar het moeilijk vindt om ze te aanvaarden. Het is misschien een vreemde associatie, maar ik denk aan de visie op homoseksualiteit als 'onnatuurlijk'.
DH: Je associatie is terecht. Men kan homoseksualiteit maar als 'onnatuurlijk', sommigen zeggen zelfs 'tegennatuurlijk', beschouwen als men ervan overtuigd is dat er een natuurlijke orde bestaat die ons morele richtlijnen biedt. Bij gelovigen is die opvatting onmiskenbaar terug te voeren tot de overtuiging dat God de werkelijkheid heeft geschapen. men merkt vaak op dat de negatieve houding van moslims tegenover homo's iets cultureels is, met de bijgedachte dat men ze dan wellicht makkelijk wijzigen kan. Maar fundamenteel legitimeert men de afkeer van homoseksualiteit theologisch: mocht een opperwezen homoseksualiteit hebben goedgekeurd, dan zou de natuur anders in elkaar zitten. Fundamentalistische christenen in de Verenigde State vatten het mooi samen met een slogan: 'It was Adam and Eve, not Adam and Steve.'
Er zitten twee misvattingen in hun redeneringen. Ten eerste: de natuur zit anders in elkaar dan hoe velen erover denken. Het biologische onderscheid tussen twee geslachten die zich seksueel louter tot elkaar aangetrokken voelen, is in realiteit niet altijd zo helder. Homoseksueel gedrag is niet enkel eigen aan de mens, het is ook gedocumenteerd bij veel andere soorten - zie het boek van Bruce Bagemihl: Biological Exuberance. Animal Homosexuality and Natural Diversity (1999). Niet elke casus die hij beschrijft is even overtuigend, maar de algemene conclusie is niettemin helder: ook niet-menselijke dieren kennen homoseksualiteit. De tweede misvatting is nog veel belangrijker: het klopt niet dat de natuur iets te zeggen heeft over hoe we moreel tegenover homoseksualiteit moeten staan. Het doet er immers net toe hoe de natuur in elkaar zit. Het is niet omdat homoseksualiteit er wel in moet voorkomen dat we bij mensen homoseksualiteit kennen, dan is dat feit op zich al even irrelevant voor onze morele evaluatie ervan. Ook seksueel geweld op onvolwassen dieren komt vaak voor, bij diverse soorten, maar dat wil niet zeggen dat we daarom het verkrachten van kinderen goedkeuren. En mocht het niet in de natuur voorkomen, dan vormt het niet het argument om het bij mensen af te keuren. Kortom, het is niet omdat iets in de natuur voorkomt dat het goed is, en het is niet omdat iets niet in de natuur voorkomt dat het kwaad is. (pagina 83-84)
Boeken over onze nieuwe omgang met niet-dieren en dingen
Lees ook: Atheïsme als basis voor de moraal (uit 2013) en De ongelovige Thomas heeft een punt : een handleiding voor kritisch denken van Johan Braeckman (samen geschreven met Maarten Boudry) (2011)
Terug naar Overzicht alle titels
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen