zondag 31 maart 2024

Marijn Kruk


Opstand : de populistische revolte en de strijd om de ziel van het Westen

Prometheus 2024, 277 pagina's  € 20,99

Wikipedia: Marijn Kruk (1971)

Korte beschrijving

Tekst op website uitgever
In zowel Europa als de Verenigde Staten kleuren zogeheten nationaalpopulistische bewegingen alweer enige tijd het politieke landschap. Gebruikmakend van de ontstane onrust over immigratie en verlies van identiteit, kwamen op tal van plaatsen populistische leiders aan de macht. De grote verkiezingswinst van Geert Wilders eind 2023 en de uitslag van de Europese verkiezingen laten zien dat dit moment allerminst voorbij is.

Tegelijk maskeert het populisme de bredere ambitie die achter deze beweging schuilgaat. Er is sprake van een contrarevolutie, gericht op de omverwerping van een links-liberale en ‘globalistische’ elite, die de westerse eigenheid zou ondermijnen.

Klassieke conservatieven, rechtse christenen, duistere etnonationalisten en allerhande complotdenkers trekken hierin zij aan zij op. Daarbij doet de Hongaarse hoofdstad Boedapest dienst als intellectuele broedplaats en als model. Viktor Orbán gaat voorop in de strijd voor het ‘eigene’ te midden van een moderniteit die dit uitholt. Maakt deze opstand kans van slagen, en zo ja, tegen welke prijs?

Opstand is een journalistieke verkenning van het illiberale moment en neemt de lezer mee op een reis door het Europa anno nu.

Marijn Kruk (1971) studeerde geschiedenis in Utrecht en politieke filosofie in Parijs. Hij was werkzaam als Frankrijkcorrespondent en deed verslag van de Arabische Lente in Noord-Afrika. Aansluitend was hij correspondent in Istanbul en maakte hij tal van reportagereizen door Europa. Hij schrijft voor onder andere De Groene Amsterdammer en NRC

Fragment uit (de) Epiloog - Fritz-kola in het Scruton-café
Zeker is dat de westerse samenleving sinds 1968 ingrijpend is veranderd. Traditionele opvattingen over de natie, de religie, het gezin en de vaderlijke autoriteit hebben sterk aan gezag ingeboet. Tegelijk is sprake van een vergaande individualisering en hebben allerlei minderheden met succes rechten geclaimd.
  Een veelzeggend voorbeeld daarvan is de openstelling van het huwelijk voor partners van hetzelfde geslacht - op 1 april 2001 begonnen in Nederland en sindsdien bezig aan een gestage opmars in zowel westerse als niet-westerse landen.
  Ook hier gingen veranderingen in de samenleving vooraf aan de juridische formalisering. Tegelijk zorgde de wettelijke openstelling binnen enkele jaren tot een nog bredere maatschappelijke acceptatie.
  Als er een 'natuurlijke' gang van zaken is, of er een 'organische' manier van politiek bedrijven bestaat, is het deze.

In Turkije zagen we Recep Tayyip Erdogan keer op keer zijn tanden stukbeet op de maatschappelijke werkelijkheid. Zelfs met de volle inzet van de gecentraliseerde Turkse staat slaagde hij er niet in een 'vrome generatie' te kweken en de samenleving te re-islamiseren. Wat hij ook deed, Turkije werd seculierer, en individualistischer.
  In het Hongarije van Viktor Orbán zal het uiteindelijke niet anders gaan. Ondanks het beroep op christelijke waarden blijven de kerken leeg, en is de acceptatie van lgbtq nog nooit zo hoog geweest met 60 procent van de bevolking die gelooft dat gaystellen net zulke goede ouders kunnen zijn als heterostellen. Hoogopgeleide jongeren trekken weg zodra ze er de kans toe zien.
  Zo bezien lijkt het op glamoureuze conferenties beleden 'nationaal-conservatisme' in Boedapest toch vooral een schaamlap voor autoritisme en corruptie.

Kun je het tij werkelijk keren? Ik laat mijn blik nog eens over de door de weduwe Scruton geschonken attributen gaan en vervolgens over het gelikte interieur. Als je er in een Scruton-café in Boedapest al niet in slaagde het globalistische monster buiten de deur te houden, waar dan wel?

Alles wijst erop dat de missie van de illiberale contrarevolutie gedoemd is. Zelfs Orbáns democratie blijkt bij nadere inspectie niet meer dan een kreet tegen de keer, Wie realistisch is accepteert de moderniteit en probeert - Alexis de Tocquiville indachtig - de stroom ervan in zo goed mogelijke banen te leiden.
  Waar heb ik dan naar gekeken, in Hongarije en in al die andere landen waar radicaal-rechtse partijen aan een opmars bezig zijn? Niet naar een opleving van het fascisme - dat wil er bij mij niet in.
  Wat is zag was nauwelijks regeneratief, dynamisch of toekomstgericht te noemen - eerder bangig en gericht op het verleden, op het behoud van wat er was geweest was of zou zijn geweest. Het was gedrenkt in nostalgie en draaide rond de overtuiging dat er iets was afgenomen.
  Het was niet l'Uomo nuovo die ik zag, de nieuwe mens van het fascisme, maar Ezio Mauro's l'uomo bianco: verongelijkt, geborneerd, bang om te verdwijnen.
  Als het waar is dat de conservatieven de losers van de geschiedenis zijn, zoals nota bene Thierry Baudet eens heeft opgemerkt, zou wat we zien dan niet de backlash kunnen zijn van een ongekende progressieve sprong voorwaarts die we als westerse samenleving bezig zijn te maken?
  Denk aan het homohuwelijk, maar ook aan #MeToo, en aan de aandacht die er sinds enkele jaren is voor minder zichtbare vormen van racisme en discriminatie. De manier waarop conservatieven zich in het debat over transseksualiteit - uiteindelijk toch een betrekkelijk marginaal verschijnsel - hebben vastgebeten getuigt eerder van onzekerheid dan van kracht. (pagina 255-257)

Terug naar Overzicht alle titels


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

De redactie behoudt zich het recht voor reacties te verwijderen