Over vrijheidBalans 2024, 454 pagina's
- € 32,50Oorspronkelijke titel: On freedom (2024)
Wikipedia: Timothy Snyder (1969)
Korte beschrijving
Tekst op website uitgever
Wat is vrijheid? Waarom is onze vrijheid in gevaar? En waarom is vrijheid onze enige kans om te overleven? Vrijheid is de kern van onze westerse wereld, het hart van onze democratie, maar we zijn uit het oog verloren wat het betekent, met crisis als resultaat. Te veel mensen beschouwen vrijheid als de afwezigheid van staatsmacht. We denken dat we vrij zijn als we kunnen doen en zeggen wat we willen en zo min mogelijk worden gehinderd door de overheid. Maar echte vrijheid is niet zozeer vrijheid van als wel vrijheid om – om te gedijen, om dingen op het spel te zetten voor een toekomst die we samen kiezen en waar we samen aan werken. Vrijheid is de waarde die alle andere waarden mogelijk maakt. Op basis van het werk van filosofen en politieke dissidenten, gesprekken met hedendaagse denkers, zijn eigen ervaringen en reportages uit onder meer Oekraïne, waar hij president Zelensky sprak, beschrijft Snyder wat er nodig is voor een toekomst waarin wij en de generaties na ons kunnen floreren. Daarbij heeft hij zowel oog voor het belang van tradities (die door rechts worden verdedigd) als voor de rol van de instituties (de prioriteit van links). Over vrijheid is het even briljante als urgente, hoogst actuele nieuwe boek van de beroemde historicus en auteur van onder andere de bestsellers Bloedlanden en Over tirannie.
Timothy Snyder is hoogleraar geschiedenis aan Yale University. Van zijn hand verscheen in 2009 Bloedlanden. Europa tussen Hitler en Stalin, dat internationaal lovend werd besproken en bekroond werd met onder meer de Hannah Arendt Prijs en de Leipziger Boekenprijs. Samen met Tony Judt publiceerde hij Denken over de twintigste eeuw
Fragment uit 5. SolidariteitIsolatie is een essentieel onderdeel in de politiek van het 'rationele', behavioristische programma. De communisten bleven aan de macht doordat ze mensen bij elkaar vandaan hielden. Alle relaties draaiden om macht, en die stroomde van het politbureau omlaag naar het volk. Toen de laat-communistische samenlevingen nog stabiel waren, hielpen burgers mee een publieke sfeer van hele en halve leugens te creëren. Ze geloofden niet langer in de ideologie, maar ze deden alsof.
Havel was bezorgd dat een dusdanig ingesleten, halfbewuste leugenachtigheid de onvoorspelbare levensterreinen zou verstoren, waar de authentieke belangen van mensen elkaar konden overlappen. Het was lastig voor mensen om spontane menselijke contacten op te doen doordat ze het gevoel hadden dat ze zich voortdurend moesten conformeren als ze de dag heelhuids wilden doorkomen.
De dingen waar ze om gaven begonnen schandelijk en stiekem te lijken. Voor de dissidenten betekende de civil society horizontale relaties, betrekkingen op basis van de dingen waar mensen echt van hielden.
Het grote succes van de civil society in Oost-Europa was de Poolse vakbond
Solidarność. In 1980 gingen de Poolse arbeiders niet alleen staken voor economische doelen maar ook voor mensenrechten onder het verstandige motto 'Geen vrijheid zonder solidariteit!' De arbeiders dwongen het communistische regime om hun eisen in te willigen en hun vakbond had al snel tien miljoen leden. Zolang Solidarność legaal was in het communistische Polen, waren de alcoholconsumptie en het zelfmoordcijfer laag. Ofschoon Solidarność in 1981 onderdrukt werd, vormden de veteranen ervan in 1989 de eerste procommunistische regering van Oost-Europa,
In 1989 wees Polen dankzij de civil society de weg naar een postcommunistische toekomst. Vrijheid vereist tenslotte meer dan alleen de afwezigheid van Sovjetgeweld. Vrijheid vereiste ook een positief begrip van een nieuwe politieke orde.
Adam Michnik zette, nadat hij uit de gevangenis was vrijgelaten, de leus van de vakbond in het impressum van een krant: GEEN VRIJHEID ZONDER SOLIDARITEIT! Een paar maanden later werd Havel tot president van Tsjechoslowakije gekozen. In
Poging om in je waarheid te leven erkende Havel de praktische noodzaak van solidariteit als ene stap in de richting van bevrijding. As onvrijheid een collectief project was, schreef Havel, dan was vrijheid dat ook. Hij wees op 'het overweldigende besef dat vrijheid ondeelbaar is'.
De filosoof
Charles Taylor, die sympathiseerde met de Solidarność-beweging, brak op zijn manier een lans voor solidariteit en vrijheid: 'Het vrije individu dat zichzelf aldus benoemt, heeft een verplichting om de maatschappij waarin deze identiteit mogelijk is, te vervolmaken, te herstellen of te steunen.' Als vrijheid een recht is, hield de filosoof
Joseph Raz vol, dan is ze ook een plicht. Vrijheid kan niet zelfzuchtig zijn.
Verklaren dat je vrij bent, is hetzelfde als beloven dat je je zo zult gedragen dat anderen vrij kunnen zijn. We moeten ons een samenleving van vrije mensen voorstellen en die proberen op te bouwen. In moreel, logisch en politiek opzicht bestaat er geen vrijheid zonder solidariteit. (pagina 282-284)
Alleen samen kun je vrij zijn, ziet schrijver Timothy Snyder (gesprek van Lex Bohlmeijer, De Correspondent, oktober 2024)
Lees ook: Over tirannie : twintig lessen uit de twintigste eeuw (uit 2017) en De weg naar onvrijheid : Rusland, Europa, Amerika (uit 2018).
Artikel: Charles ‘Phaedrus’ Taylor? (oktober 2024)
Terug naar Overzicht alle titels