De Correspondent 2022, 184 pagina's - € 15,--
Wikipedia: Eva Rovers (1978)
Korte beschrijving
In dit uitgebreide pamflet bepleit de auteur de inzet en betrokkenheid van burgers bij ons klimaatbeleid. Zij acht burgers cruciaal voor het komen tot betere oplossingen. Zij gaat achtereenvolgens in op de klimaatnoodzaak, de democratische noodzaak en de inzet van burgerberaden als noodzakelijke vernieuwing. Daartoe brengt zij voorbeelden en lessen uit andere landen in beeld. Zij ziet burgerberaden niet als vervanging van volksvertegenwoordigende organen (Tweede Kamer, gemeenteraad) maar als aanvulling. Het pleidooi komt overtuigend over maar de spanning tussen de representatieve en de participatieve democratie wordt niet opgelost. Ook niet dat recente experimenten, zoals een G1000-beraad, na vol enthousiasme toch weer een stille dood zijn gestorven. De auteur eindigt met tien goede tips voor de aanpak: doe het goed of doe het niet. Een uitgebreide bronnenlijst is opgenomen.
Tekst op website uitgever
Politiek moet je niet te veel aan politici overlaten. Daar zijn onze problemen namelijk te complex voor. Vooral een veelkoppig monster als klimaatverandering vraagt om een veelkoppige aanpak.
In dit vlammende betoog laat Eva Rovers zien dat burgers cruciaal zijn voor het oplossen van de grootste uitdagingen van deze tijd.
Fragment uit hoofdstuk 1. De klimaatnoodzaak
Hoop en wanhoop wisselen elkaar af in de ogen van de astronaut. 'We hebben een ander ruimteschip nodig, want ...', hij probeert adem te halen, '... het ruimteschip dat wij nu hebben gaat eraan.'
De astronaut heeft geen helm op, geen ruimtepak aan. Hij zweeft niet. Hij ligt. Niet in een ruimteschip, maar in een ziekenhuisbed. het is 17 mei 2014 en Wubbo Ockels, de eerste Nederlander die door de ruimte reisde, begint aan zijn laatste reis. De volgende dag zal hij overlijden aan nierkanker.
Niet dat Ockels ook maar iets van zijn strijdlust heeft verloren. Hoewel hij nauwelijks nog kan ademhalen, heeft hij zijn zuurstofkapje van zijn mond gehaald om een videoboodschap in te spreken.
Mensen zijn zich niet bewust van het gevaar waarin ze leven, begint hij. 'Onze planeet heeft kanker. Ik heb ook kanker. En de meeste mensen met kanker gaan dood.' Hij lacht alsof hij iets doms heeft gezegd. 'Nou ja, iedereen gaat natuurlijk dood', corrigeert hij zichzelf, 'maar er zijn genoeg mensen om de mensheid te laten overleven op aarde. maar dan moeten we wel voor onze eigen planeet zorgen.'
Hij moet even op adem komen.
'Als je de instelling, de houding van een astronaut hebt, dan houd je de van de aarde zoals maar weinig mensen doen. En als je van iets houdt, dan wil je het niet verliezen.'
Zijn stem slaat over. 'Mijn vrouw wil mij niet verliezen. Ze wil alles doen om mij in leven te houden. Dat is de liefde en houding die mensen ten opzichte van de aarde zouden moeten hebben.'
Een kort moment schiet hij vol. Dan herpakt hij zich. Bijna boos: 'Nog niet de helft van onze daken heeft zonnepanelen. Nog niet de helft van de auto's rijdt elektrisch. En we hebben al helemaal geen industrie die een redelijke hoeveelheid materialen hergebruikt.' Aan de technologie ligt dat niet. 'Wat is er dan mis?' vraagt hij retorisch. 'wat er mis is, is de mindset.' Met alle kracht die hij nog in zich heeft, besluit hij zijn boodschap: 'Wij. Wij mensen, gemaakt van dezelfde moleculen als die verdomd krachtige ster die is ontploft. Wij, die ons ontwikkeld hebben uit miljarden jaren van leven. De mensheid is zo sterk dat we de aarde kunnen redden. Maar we kunnen haar ook vernietigen. Zelfs iets kleins verandert iets.'
Met zijn laatste energie wilde Wubbo Ockels mensen eraan herinneren hoe extreem uniek die blauwe planeet van ons is. Hoeveel geluk we hebben dat hier alles aanwezig is om ons in leven te houden. Water om te drinken, vruchtbare grond om voedsel te verbouwen, bossen en oceanen die koolstofdioxide omzetten in zuurstof zodat wij kunnen ademen, een atmosfeer die zorgt voor een temperatuur die het leven laat floreren.
Ockels hoopte dat zijn boodschap ons allemaal de 'mindset' van een astronaut zou geven. Een mindset die ons dankbaar zou stemmen, omdat we zouden beseffen dat het leven op aarde een lot is uit de intergalactische loterij. Een mindset die ons eraan herinnert hoe afhankelijk we zijn van onze planeet, die ons voor de aarde zou laten zorgen zoals astronauten voor hun ruimteschip: gezamenlijk, omdat we weten dat hun leven ervan afhangt.
Astronaut of spacehip Earth stond op het T-shirt dat Ockels droeg op die laatste dag. We zijn allemaal astronauten op ruimteschip aarde. Maar die mindset lijkt te ontbreken bij de bestuurders van dat ruimteschip. (pagina 21-23)
Artikel dat hierop aansluit: Wubbo - We zijn allemaal astronauten (mei 2014)
Lees ook: Ik kom in opstand, dus wij zijn : Nieuw Licht op verzet (uit 2017) en Practivisme : een handboek voor heimelijke rebellen (uit 2018).
(2018)van Eva Rovers.